zaterdag, december 31, 2005

Heksenvervolging als kerstverhaal


De kerst doorgebracht in Engeland.
Nu heb ik het persoonlijk niet zo op de kerst.

In de logeerkamer vond ik gelukkig al op de eerste dag een boek dat ooit tot een overleden grootvader behoorde: ‘The encyclopedia of witchcraft and demonology.’
Terwijl anderen tukjes namen om zich een beetje te ontnuchteren voor de volgende lading alcohol, zat ik in een hoek met een boek.
En wat een boek!
Deze encyclopedie herbergt 571 blz. getuigenissen, brieven, proces verbalen, bekentenissen en meer, van en over de heksenvervolgingen in de middeleeuwen.
Het is een lugubere collectie noodkreten uit voornamelijk de 16de en 17de eeuw, geillustreerd met bijna 300 prachtige tekeningen uit oude manuscripten.
Met name de brief van de terechtgestelde 'ketter' Johannes Junius, die hij vlak voor zijn executie naar buiten wist te smokkelen, raakte mij.
De goede man is al bijna 400 jaar dood, toch heb ik zijn brief met kippevel gelezen.
Deze hartverscheurende brief is hier online te lezen.
Ik vraag het mij af: Is de mens geevolueerd tot in een beter wezen? Of zijn wij in de grond nog net zulke vreemde, wrede wezens? Als ik in die tijd, in dat dorp had geleefd, was ik dan ook maar een haar beter geweest?
Nu, enkele dagen later heb ik het boek via marktplaats aangeschaft en ik hoop dat het binnenkort in mijn boekenkast mag prijken.
Niet enkel als boek, maar ook als monument.

De laatste nacht in Engeland heb ik doorgebracht in het ‘Old Swan’ hotel in Harrogate en hier hing in de lobby een interessant bordje: ‘Agatha Christie was staying in the Old Swan hotel while she’d gone missing in 1926.’
Mw. Christie had vlak voor haar mysterieuze verdwijning ontdekt dat haar man er een minnares op nahield. Vervolgens heeft ze een aantal verontrustende brieven verstuurd (‘haar leven was in gevaar’) en verdween. Haar auto werd de volgende dag aan de rand van een meer gevonden, met een koffer vol kleren erin en haar rijbewijs. Men dacht vrijwel direct aan een misdrijf.
Er werd een gigantische zoektocht georganiseerd, tienduizenden mensen kamden het bos uit en zelfs het meer werd drooggelegd.
Haar echtgenoot werd verdacht van moord.
Tien dagen later herkende een gast in het ‘Old Swan hotel' haar als de vermiste schrijfster Agatha Christie, waar ze zich onder een valse naam had ingeschreven.
Markant detail: ze had de naam van de minnares van haar man gebruikt!
Achteraf beweerden doktoren dat ze aan een zeldzame vorm van vergeetachtigheid had geleden, maar aannemelijker is dat het een wraakactie t.o.v. haar echtgenoot was.
Als kerstcadeau heb ik uiteraard boeken gekregen. Iemand die me een beetje kent weet dat je me daar wel mee kan plezieren. En bijzondere boeken, drie uitgaven van Charlotte Bronte uit 1889, waarvan twee publicaties onder haar pseudoniem Currer Bell.
Mooie boeken. Prachtig lettertype. Voelen goed. Ruiken goed. Fetisj is weer bevredigd.

Probleem is nu wel dat ik er weer een fascinatie bijgekregen heb.
De afgelopen dagen ben ik het internet aan het afstruinen naar informatie over heksenvervolgingen in Nederland en ik heb twee boeken gevonden (o.a. ‘Betoverd Nederland’) die ik simpelweg móet hebben.




Het houdt ook nooit op, wel?
Die boekenkast word maar voller en voller en het ergste is dat ik over een maand of twee maar een kilo of 30 aan spullen mee kan nemen in mijn koffer op weg naar Kreta en ik al die boeken helemaal eenzaam voor een maand of 8 moet achterlaten. Het leven is oneerlijk.

Wel lieve mensen, ik wens jullie allen een gelukkig nieuwjaar en een gezond 2006 toe! Tot volgend jaar!

donderdag, december 29, 2005

Verloren

26 December 2004;
Ik ontving een sms-je van collega hostess B. en goede vriendin uit Duitsland:
'Marc is in Phuket en ik kan hem niet bereiken!'.
Marc was haar vriendje, die als manager voor een touroperator op zoek was naar hotels om contracten mee af te sluiten.
Haar sms-je heb ik nooit uit mijn telefoon kunnen wissen.
Een aantal intens verdrietige weken volgden.
Ik sprak iedere avond met mijn vriendin die tussen intense wanhoop en hoop schipperde, wat na een aantal weken overging in diep verdriet.
Zes maanden later werd Marc pas gevonden waarna ze de hoop die nooit helemaal wegebte, moest loslaten:
'hij was er echt niet meer'.
33 jaar jong, een levenslustige jongeman vol ambitie.
Op 26 december 2005 kon ik niet bij B. zijn om haar te steunen.
In een koud Engeland heb ik de oorbellen gedragen die ze me voor mijn 30ste verjaardag cadeau had gegeven.
Prachtige oorbellen, dacht dat ik haar zo toch wat dichterbij kon brengen.
Die nacht sliep ik in een hotel en heb ik de oorbellen uitgedaan en op het nachtkastje gelegd.
De volgende ochtend ben ik ze daar vergeten en het hotel heeft ze niet teruggevonden.

Kwijt. Verloren. Weg.

Ik ben een slechte vriendin.

donderdag, december 22, 2005

Embargo


In het Oosten dook vannacht de buidelwolf weer op.
Tenminste als ik Reuters moet geloven.
En in Toscane is een hond gaan praten.
Een pekinees, volgens Associated Press.

In Suriname woont een stam van bosjesnegers
die d´oude Juliana nog vereren als hun priesteres.

En in de ochtendtrein zat een forens.
Zij zag eruit als een warmbloedig mens.
Ik kwam de confrontatie bijna niet te boven.

Knip de hekken rond het huis van de verwondering
met gekartelde blikscharen open.

Het is bedoeld om dwars doorheen te lopen.
Want alles wat je nodig hebt is alles wat er is.

Hilbrand Rozema - uit zijn gedichtenbundel 'Embargo'
zie tevens vorige log

zaterdag, december 17, 2005

Met kiespijn in het paradijs, Bredevoort als pijnstiller

De afgelopen dagen verkeerde ik een beetje in een dipje.
Wanneer ik door het raam keek zag ik één dichte grijze massa, die me niet werkelijk uitnodigde deze trieste wereld te betreden.
Ook heb ik kiespijn, maar ben ik nog niet verzekerd (erg, ik weet het).
Er was wat onduidelijkheid over of mijn Griekse ziekenfondsverzekering afdoende is.
Niet dus.
Dus nu loopt deze muts met kiespijn rond en wil ze niet naar de tandarts voordat ze verzekerd is.

Klein lichtpuntje in deze donkere dagen was mijn bezoek aan het theater, ik ben naar een theater uitvoering van Erik van Muiswinkel & Diederik van Vleuten geweest.
Uiteraard een theater productie over boeken: ‘Antiquariaat Oblomow’.
Ik heb ervan genoten, en ik hoop dat U dat ook zult doen.
De Vara zendt ‘Antiquariaat Oblomow’ namelijk op 26 December om 20.30 uur uit.
Overigens petje af voor Erik, hij had dik 39 graden koorts tijdens de voorstelling!
Ik begrijp achteraf dat ik nog geluk heb gehad, de dagen daarna heeft het duo de voorstellingen moeten annuleren omdat Erik door zware griep geveld was.
Iedereen kijken dus, en ik zweer je dat je nooit meer hetzelfde denkt over ‘Zout op mijn huid’ of Paul van Vliet!

Vandaag ben ik –voor het eerst- even blij zonder werk te zitten.
Dat blijft toch wel hét probleem van een hostessleven, je bent afhankelijk van het toeristische seizoen en dus enkele maanden per jaar werkeloos.
Maar zoals ik al zei, vandaag kan het me niks schelen, want ik ben naar Bredevoort geweest!
Bredevoort Boekenstad, het walhalla van Nederland!
Héél eventjes heb ik zelfs gedacht, ik wil helemaal niet terug naar ongeletterd Kreta.
Ik wil hier komen wonen!
Die gedachte heb ik maar snel laten varen, ik zou binnen de kortste keren geen huis meer kunnen betalen om de boeken in te zetten en ik heb vandaag met eigen ogen kunnen zien dat boeken niet van vocht (lees: sneeuw) houden.
Sommige boeken lagen gruwelijk te lijden in de sneeuw.
Alles in mij riep om een reddingsactie! Boeken in de sneeuw! Help!
Ik geloof dat we van een kleine sneeuwstorm konden spreken. Dit weerhield mij er uiteraard niet van om naar de maandelijkse 3e zaterdag boekenmarkt te gaan.

En inderdaad, het werkte geweldig als oppepmiddel! (zelfs kiespijn -heel- even vergeten)
Naast de leuke hebbeboekjes die ik heb ingeslagen, ook een aantal interessante personen ontmoet.
Ik weet niet hoe het komt, maar in een antiquariaat heb ik zó aanspraak.
Volgens mij zijn boekenliefhebbers gewoon uitzonderlijk leuke mensen.
In een antiquariaat (geloof ik ‘de Treurniet’) zocht ik naar ‘de glazen stolp’ van Sylvia Plath en kocht er ook maar gelijk ‘Letters Home’ van dezelfde auteur en ‘Eenzaam 2’ van Büch.
Met de eigenaar van de winkel een werkelijk leuk gesprek gevoerd over zelfdoding.
Een ietwat vreemd onderwerp om gezellig over te babbelen, zou je denken, tenminste dat dacht ik tot de dag van vandaag. Uiteraard kwam Virginia Woolf in het gesprek naar voren en het boek van Jeroen Brouwers over zelfdoding in de Literatuur.

Op de boekenbeurs stond in een boekenstand journalist/recensent/fotograaf/schrijver/dichter/
boekenverkoper/multi-talent Hilbrand Rozema.
Bij hem heb ik boeken van Richard Osinga gekocht (Klare taal en Bor in Afrika).
Richard heeft een weblog (www.richardosinga.com/) en zijn logjes zijn erg geestig en gedreven geschreven. Daarom zijn boeken nu ook ingekocht en ik ben zeer benieuwd!

Van de jongeman in de boekenstand (Hilbrand Rozema) zijn eigen, gesigneerde gedichtenbundel gekocht: ‘Paradijs’.
Ik vind het altijd moeilijk om een gedichtenstijl te beschrijven, maar als ik een poging doe, dan zeg ik dat Hilbrands stijl zacht en nostalgisch is.

Zijn gedichten ademen een zekere rust uit.
Ook tref ik er veel bewondering voor god en zijn scheppingen in aan.
Deze bundel was overigens genomineerd voor de C. Buddingh' -prijs voor nieuwe Nederlandse poezie in 1997.

Leuk weetje: half Nederland heeft een boek in huis staan met Hilbrand’s naam erin.
Hij was namelijk één van de literatoren die aan de uitgave van de nieuwe bijbelvertaling hebben samengewerkt.
Ik had mijn foto toestel meegenomen (ging er vanuit wel iets te vinden in Bredevoort voor op mijn Blog) en ben dus met de sympathieke Hilbrand Rozema op de foto gegaan.
Ben niet zo te spreken over mijn versneeuwde kop op de foto, maar Hilbrand staat er leuk op! Hij heeft overigens ook een website (http://www.hilbrandrozema.nl/) die helaas even uit de lucht is, maar binnenkort weer te bezoeken is!

Zoals ik al zei, geprezen zij mijn werkeloosheidsituatie. Naast Rozema, Plath, Büch en Osinga heb ik ook Siebelinks ‘Knielen op een bed violen’ gekocht en een geweldig leuk boekje dat ‘Books, their history, art, power, glory, infamy and suffering according to their creators, friend and enemies.’ heet.
Wie heeft er nu werk nodig als er zoiets bestaat als boeken? Ok, het gebrek aan geld wordt nu wel nijpend, maar een kleinigheidje zoals dat is te verwaarlozen bij het hebben van tijd voor zo’n stapel nieuwe aanwinsten.

De TV blijft uit en ik blijf de komende dagen lekker binnen en laat die grijze wereld lekker grijs zijn zonder mij.
Met kiespijn, dat wel, maar ja, je kunt niet alles hebben!


maandag, december 12, 2005

Fahrenheit 451 - deel 2


De onderstaande citaten uit het boek 'Fahrenheit 451' maakten een bijzondere indruk op me:

“’jullie kunnen mijn boeken nooit klein krijgen,’ zei ze. ‘Je kent de wet,’ zei Beatty. ‘Gebruik je verstand. Geen van die boeken is het eens met de andere. Je hebt hier jarenlang opgesloten gezeten met een vervloekte Toren van Babel. Word’ns wakker! De mensen in die boeken hebben nooit geleefd. Vooruit nou!’”

“We moeten allemaal gelijk zijn. Niet allemaal vrij en gelijk op grond van ons geboorterecht, zoals het in de grondwet staat, maar we kunnen allemaal gelijk worden gemáákt. Ieder mens precies eender als alle anderen; dan zijn ze allemaal gelukkig, want dan zijn er geen toppen waar ze tegenop moeten zien, waar ze zichzelf naar moeten beoordelen. Daarom! Een boek is een geladen geweer in het huis van je buurman. Verbrand het. Haal de kogels uit het wapen. Sla een bres in de menselijke geest. Wie weet wie niet het doelwit zou kunnen worden van een belezen mens!”

“Boeken......er staat niéts in! Niets wat je geloven of een ander leren kunt. Ze gaan over niet-bestaande mensen, verzonnen gebeurtenissen, als het romans zijn. En als het geen romans zijn, zijn ze nog erger: de ene professor die de andere professor een idioot noemt, de ene filosoof die de andere filosoof hysterisch zijn mening tracht op te dringen. Allemaal als verdwaasden rondrennend, de sterren uit de hemel plukkend en de zon uitdovend. Voor je het weet ben je reddeloos verloren.”


“Boeken waren slechts één van de vergaarbakken waarin we een heleboel dingen bewaarden waarvan we bang waren dat we ze zouden vergeten. Er is niets magisch aan ze. De magie ligt alleen in wat de boeken zeggen, in de wijze waarop ze de flarden van het heelal samenstikten tot een kledingstuk dat wij konden dragen.”

“Toen wij alle boeken die we nodig hadden bezáten, wilden wij tenslotte toch nog met alle geweld de hoogste rots vinden die er maar was om van naar beneden te springen. Maar we hébben een adempauze nodig. We hébben kennis nodig. En misschien zouden we over duizend jaar lagere rotsen opzoeken om van af te springen. De boeken moesten ons eraan herinneren wat een ezels en dwazen we zijn.”

“Vraag me niet ergens borg voor te staan. En verwacht niet door wát dan ook, mens, machine of bibliotheek, gered te worden. Probeer jezelf zo goed en zo kwaad als het gaat te redden, en als je verdrinkt, zul je tenminste sterven in de wetenschap dat je bezig was op het strand af te zwemmen."

“De dwaasheid een beeldspraak voor een bewijs te verslijten, een woordenvloed voor een bron van diepe waarheden en onszelf voor een orakel, is ons aangeboren.”

“Iedereen moet iets nalaten wanneer hij sterft,’ zei mijn grootvader. ‘Een kind of een boek of een schilderij of een huis of een zelfgebouwde muur of een zelfgemaakt paar schoenen. Of een door hemzelf beplante tuin. Iets wat je hand op de een of andere manier heeft aangeraakt, zodat je ziel ergens heengaan kan wanneer je sterft, en wanneer de mensen naar die boom of die bloem die jij geplant hebt kijken, ben jij daar. Het komt er niet op aan wat je doet,’ zei hij, ‘zolang je maar iets door de aanraking van je handen in iets van jezelf verandert.”

“Eens zal de dag misschien komen dat de last die wij met ons meedragen iemand zal kunnen helpen. Maar zelfs toen we de boeken, lange tijd geleden, tot onze beschikking hadden, maakten we geen gebruik van wat zij ons leerden. We bleven doorgaan de doden te beledigen. We bleven doorgaan in de graven van alle arme stakkers die voor ons waren gestorven te spugen. We zullen in de loop van de komende week en van de komende maand en van het komende jaar een heleboel eenzame mensen ontmoeten. En wanneer ze ons vragen wat wij doen, kunnen jullie zeggen: Wij onthouden
.”

Fahrenheit 451 - deel 1


Een boek dat iets te vertellen heeft, maatschappelijke thema’s bespreekt, spannende fictie is, een toekomstroman en een filosofisch werk. Klinkt goed, niet?
Als het nu naast dit alles ook nog eens een boek over een boek is dan moet het wel helemáál geweldig zijn!
Dit boek bestaat al sinds 1960:
‘Fahrenheit 451’ van Ray Bradbury.

Ray Bradbury schildert een nogal beklemmend toekomstbeeld in Fahrenheit 451.
De mensen zijn een colonne makke schapen geworden. Met alle macht wordt geprobeerd om mensen te entertainen (want, denkt de regering, wordt men vermaakt, dan is met gelukkig) maar dan wel op een manier die ze absoluut niet zelf aan het denken zet.
De denkende mens kan alleen maar ongelukkig worden.
Muren bestaan uit TV’s die de gehele dag vermaken zonder ook maar één zinnig woord te zeggen. En boeken, die zijn verboden. De huizen in deze toekomst zijn allemaal vuurvast gemaakt en brandweermannen hebben een andere functie gekregen. Zij blússen geen branden meer, zij steken ze áán! Montag is zo’n brandweerman. Tot hij op een dag aan het filosoferen wordt gezet door een buurmeisje en af en toe een boek jat voordat hij er de fik inzet.
Wanneer op een nacht een vrouw het verkiest om met haar boeken levend verbrand te worden, in plaats van ze achter te laten, raakt Montag in een crisis.
Wat is dat toch met die boeken?
Waarom is iemand bereid om zijn leven ervoor te geven?
Vanaf dat moment begint er voor Montag een dramatische nieuwe periode in zijn leven, waarin hij moet vluchten om in leven te blijven en langzaamaan achter de waarheid komt.

Ray Bradbury kwam aan de titel doordat hij aan een brandweerman vroeg: wat is de beste temperatuur om boeken bij te verbranden? Deze antwoordde: ‘Fahrenheit 451’ (=ong. 233 C). Bradbury was zo enthousiast over deze titel, dat hij niet eens controleerde of het feit op zich wel klopte (dat deed het wel overigens).

Wie dacht dat bookburning iets van het verleden is, vergeet het maar!
Boekverbrandingen zijn nu gelukkig niet meer in staat om complete werken te doen verdwijnen en hebben meer een ritueel karakter.
Maar er zijn nog steeds mongolen die zich met dergelijke praktijken bezig houden en –nog erger- er trots op zijn om zich te associëren met fanatieke groeperingen die het voor elkaar kregen om complete meesterwerken van de aarde weg te vagen. In tijden dat boeken vermeerdering enkel door overschrijven ging, geen moeilijke taak.
Deze idioten bijvoorbeeld!

zondag, december 04, 2005

Brönte Country


Vorige week, knus gezeten naast de enige aantrekkelijke Engelsman, pakte ik mijn boek '451 Fahrenheit' op en ging ik verder waar ik gebleven was.
De slaperige Engelsman keek me verbaast aan en vroeg:
'Wat is dat?'
Ik antwoordde:
'Dit, mijn vriend, noemen wij een boek. Het heeft een omslag, er staan letters in die woorden vormen en je kunt ze lezen'.
Ik hoorde wat gegrinnik naast me, waarop ik vervolgde met:
'Oh mijn god! Niet alleen ga ik uit met een man die geen boeken leest, hij herkent ze niet eens!'.

Groot was dan ook mijn verbazing toen hij mij –zonder chantage of bedreigingen van mijn kant- meevoerde naar het dorpje Haworth in de Brönte Country om daar het huis van de Bröntes te bezoeken. Wie kent ze niet. Anne, Emily en Charlotte Brönte. Een familie van schrijfsters die niet alleen bekendheid genoten in hun tijd, maar zelfs nu nog grote schrijvers inspireren. Virginia Woolf, Tjechov en Allen Edgar Poe waren allen groot fan van de Brontes.

Het boek 'Wuthering Heights' staat hoog in mijn persoonlijke boeken top 10.

Een bezoek brengen aan het thuisfront van een schrijver brengt je bijna altijd dichter bij zijn boek. De mens de schrijver is immers net als wij een produkt van zijn omgeving en brengt ons in vervoering door over dingen te schrijven die hij/zij als realiteit ervaarde. Een zekere verering van de Bröntes wordt mij hopelijk vergeven.

Hoe waar is dit gegeven wanneer je het over de Bröntes hebt!

Het dorpje Haworth,het groene dal waarin het zich bevindt, de prachtige natuur die het omringt, dit zijn de elementen waaruit de Brönte novels zijn opgebouwd. Nu kon ik mij voorstellen in wat voor soort huizen Emily Brönte haar karakter Kathy (uit Woeste Hoogten) liet wonen. Beschrijvingen van de natuur spelen een grote rol in haar roman en het geeft een extra gelaagdheid aan je lievelingsboek als je de karakters ook werkelijk in die omgeving kunt plaatsen.

Het huis van de Bröntes (gebouwd in 1778 en bewoond door de Bröntes vanaf 1820 tot 1861 toen Patrick Brönte –de vader- op een voor die tijd zeer uitzonderlijke leeftijd -81- stierf) is nu al een eeuw een museum. Virginia Woolf bezocht het in 1904 en schreef er dit over.
Het was een bijzondere ervaring om daar als een voyeur te staan, tussen hun spullen en hun boeken; De bedden waarin ze sliepen, de buro's waar ze op schreven, het uitzicht op het kerkhof door het raam wanneer ze opkeken van hun schrijfsels.

Ik zal hier geen uitgebreide biografie van de gezusters neerschrijven, er is al zoveel over ze gedrukt. Ik zal alleen een paar opmerkelijke feiten opsommen:
  • De drie gezusters schreven onder de pseudoniemen Currer Bell (Charlotte Brönte) Ellis Bell (Emily Brönte) and Acton Bell (Anne Brönte) om te verdoezelen dat van het vrouwelijke geslacht waren.
  • Ooit bestond het gezin uit 5 dochters en 1 zoon. Twee dochters overleden als kind.
  • In de boeken van de Bröntes speelde liefde een hoofdrol. Ze spraken niet uit ervaring. De enige die, een zeer kort, geluk in de liefde gekend heeft was Charlotte. Op 38-jarige leeftijd trouwde ze en 8 maanden later overleed ze aan de complicaties van haar zwangerschap.
  • Bijna alle Bröntes hebben ooit gewerkt als onderwijzer. Charlotte gaf les in een school gelegen naast hun huis.
  • Het huis van de Bröntes grenst aan een –overvol- kerkhof. Ook al hadden de Bröntes het beter dan de meeste andere bewoners van Haworth (ze hadden een toilet en een waterput) was het kerkhof een grote bedreiging voor hun gezondheid. Groot alarm werd geslagen toen bleek dat er op dat kleine terrein in 10 jaar tijd 1.344 mensen begraven waren –waarvan velen in een graf bijgezet met daarop een grote platte steen – wat de groei van planten tegenging en daardoor de ontbinding bemoeilijkte.
  • Haworth kende geen riolering, ontlasting stroomde over de straten. De hygiënische gevolgen daarvan kan men zich voorstellen...
  • Veel mensen zijn geneigd om te concluderen dat de Bröntes vervloekt waren omdat ze zo jong stierven. Anne was 29 toen ze stierf (tuberculose), Emily 30 (tuberculose), hun broer Bradwell 31 (alcohol en opium) en Charlotte 38 (zwangerschapsvergiftiging). In het licht van die tijd in Haworth waren ze echter niets ongewoons: de gemiddelde levensverwachting was 25 jaar.
  • Op en rond 17 December loopt het storm in de Brönte Parsonage, met name door mediums en anderlei paranormaal gezinden. Volgens verhalen maakt Emily's geest zich dan kenbaar.
  • Zwart schaap in de familie was hun broer Bradwell. Ooit waren alle verwachtingen op hem gericht, hij zou een groot schilder en een gevierd schrijver worden. Bradwell deed inderdaad pogingen tot bovenstaande, maar blonk nergens werkelijk in uit. Zijn vader stuurde hem naar de universiteit, maar hij haakte al na 3 dagen af. In zijn stamkroeg 'The Black Bull' werkte hij zich via gokken diep in de schulden. Deze schulden werden uiteindelijk afbetaald door zijn zusters. Hij had een baan als klerk maar werd ontslagen vanwege verduistering. Zijn –veelbesproken- affaire met de oudere, getrouwde Mrs Robinson (waarschijnlijk zijn de film 'de Bachelor' met Dustin Hoffman en het bekende nummer van Simon & Garfunkel op deze romance gebaseerd) heeft hem uiteindelijk in het ongeluk doen storten. Na de dood van haar man weigerde ze met Branwell te trouwen en de afgewezen Branwell heeft zich vervolgens op alcohol en opium gestort. Hij overleed enkele maanden later.
  • De familie Brönte was uitermate gefascineerd door Napoleon. Zeer trots bezit van Charlotte was een houtfragment van de doodskist van Napoleon (te bezichtigen in het museum – voorzien van echtheidkenmerk).

Staande boven het graf van Emily Brönte in de kerk naast hun huis moest ik denken aan mijn leventje.

Daar lag ze, meer bereikt in haar korte leventje dan velen in 80 jaar. Les gegeven, geschilderd, geroemd dichteres en een groot romanschrijfster. Zij had op haar dertigste een gehele carrière achter zich liggen. Ik voelde me plots heel klein, 1 jaar ouder dan zij op haar sterfdag, maar nog niets bereikt, niets wezelijks achtergelaten, geen carrière, alleen wat gespartel op het droge.

Ik heb deze poster met haar portret in de museumwinkel gekocht om het in mijn kamer aan de muur te hangen.

Om me eraan te herinneren hoe kort het leven zijn kan, hoe kostbaar onze tijd is en willen we iets bereiken we niet machteloos mogen blijven toekijken hoe deze door onze vingers glipt.

donderdag, december 01, 2005

gefrituurd brood

Wanneer ik na een verblijf van een maand of acht weer terugkeer in Nederland vallen mij al op schiphol een aantal dingen op.
1) Griekse mannen vind ik meestal aantrekkelijker dan Nederlanders (staat dan wel weer tegenover dat ik meer Nederlandse mannen aantrekkelijker vind 'on the inside'. Een mooi koppie zonder inhoud....tja wat moet je daarmee?)
2) De kleur grijs overheerst
Nu heb ik eindelijk na al die jaren een manier gevonden om de Nederlanders aantrekkelijker te gaan vinden:
Een weekje in Engeland en Schotland bivakeren.

Na terugkeer ben ik van mening dat de Britten ‘een beetje vreemd zijn’:
De rest van de wereld rijdt aan de verkeerde kant en rotondes die tekenen we wel op de straat – nix geen herkenbare verhoging in het midden- (waardoor je als niet-Engelsvrouw zijnde telkens weer het idee krijgt dat de chauffeur naar linksschiet, je helt al over, maar nee hoor hij raast weer naar rechts. Maar Natuurlijk....het was een rotonde!).
Het Engelse voedingspatroon is eveneens absoluut niet de reden dat zoveel Engelsen te dik zijn. Spek met eieren en gefrituurd brood (gefrituurd brood!) met gebakken tomaat is heel normaal. Ook zo gezond zijn de frites die we EN bij de luch EN bij het diner consumeren.
Mijn gezelschap vond het wat vreemd dat ik zo vaak naar het toilet moest: Nou, kan geen thee meer zien! Meer thee (met melk) door mijn strot gedouwd in 1 week als in –ruwe schatting- 6 jaar. Naast Thee wordt er bier geconsumeerd om de vochthuishouding aan te vullen. Het is niet voor niks dat de Engelsen nooit dankjewel zeggen, maar altijd ‘proost’ (Cheers).
De Engelse taal is soms net zo onverstaanbaar als Chinees. Denk je dat je goed Engels spreekt? Ga dan maar eens naar Yorkshire of naar Schotland.
Wij Nederlanders spreken geen Engels, wij verstaan Amerikaans. Duttewassapiesofashite en owelldondebeadaftwantacupoftealove zijn geheel normale Engelse zinnen.

Maar het mooist, ja het mooist zijn natuurlijke de Engelsen zelf: de meeste mannen brengen direct oergevoelens in mij naar boven. Ik val namelijk met passie op kaalgeschoren, te dikke mannen met oorbel.
Ook vind ik het reuze aantrekkelijk om mannen in trainingspakken in een bar tegen te komen. In Schotland spraken de ontbrekende tanden en de overmatige gezichtsbeharing mij weer zeer aan. Veel Britse vrouwen daarentegen zien eruit of ze een permanente grapefruit in hun mond hebben: zo’n zure, pinnige look verzin je niet zelf.

Vandaar dat ik terug in Nederland in de trein stiekem zat te gluren naar de reisgenoten en dacht: ‘hmmm, die Nederlanders, die zijn zo gek nog niet’.

Na dit gehele anti-betoog moet mij overigens wel van het hart dat het land adembenemende plekjes herbergt. Ik heb in een week 1000 mijl gereden en ben door een aantrekkelijke Engelsman (eeee, tja ze bestaan dus toch) van hot naar her gebracht. Holy Island is misschien wel het mooiste plekje dat ik ooit bezocht heb. Schotland was adembenemend. Net als in de film, mystiek mistig en in de ochtend crispy-wit bevroren.

De groene heuvels zijn TE groen, alsof iemand met knalgroene verf de boel heeft gemanipuleerd en overal verrijzen kastelen in het landschap. Daarnaast heb ik een boswandeling gemaakt naar een waterval,

de prachtige stad Edinbourough bezocht,

een boottocht gemaakt in het Lake district, door York en Durham gewandeld en ben ik –last but not least- naar Haworth geweest (hier gaat mijn volgende post over; Het dorp waar de familie Brönte woonde en onvergetelijke boeken schreef).

Ook geef ik toe: de Engelsen gaan knap om met het behoud van hun cultuur. Daar kunnen wij nog een puntje aan zuigen. Ik denk dat er weinig landen bestaan waar een bezoek aan het kerkhof zo’n genot is. Groenzwarte, eeuwenoude, met mos overdekte schuingevallen graven. Ik kan er uren rondstruinen.
In herbergen en theehuizen hangen authentieke schilderijen aan de muur die een afbeelding tonen van het desbetreffende huis in de 18de eeuw.
De geschiedenis in Engeland is niet muf onder een tapijt geveegd, het is niet saai achter glas gestopt, het bevindt zich springlevend tussen alle inwoners.



Ik geef het toe, ik ben nog niet werkelijk warmgelopen voor de Britse bevolking, maar kennelijk heb ik ze nog niet van alle lagen en maskers kunnen ontdoen.
'There must be more then meets the eye' wanneer ze in zo’n prachtig landschap met een dusdanig indrukwekkende erfenis leven.



vrijdag, november 18, 2005

Halbo C. Kool


Ik ben nog steeds ‘Anna Karenina’ aan het lezen (afgewisseld met een heel mooi boek vol essays over literaire reizen van Lisette Lewin).
‘Anna Karenina’ is niet een boek dat je in een paar dagen uit hebt, dit boek vergt tijd en concentratie.
Een paar jaar geleden had ik al een poging tot het lezen van dit meesterwerk gedaan, toen met de uitgave van de rainbow pocket.
Het wilde me maar niet pakken, ik vond de schrijfstijl taai en heb het uiteindelijk weer terzijde gelegd. Ik dacht toen dat het misschien kwam door toestanden om me heen en een gebrek aan concentratie.

Vorig jaar kocht ik op een beurs echter de versie van ‘Anna Karenina’ die ik nu aan het lezen ben en deze wist me wel direct het verhaal in te trekken!
Ik heb uiteindelijk een aantal blz. van beide versies gelezen wat me des temeer duidelijk maakte hoe belangrijk de vertaler voor een boek is.
Een vertaler die geen schrijver is kan een meesterwerk naar de verdoemenis helpen.
De versie die ik op de beurs kocht is zeker geen hedendaagse bewerking, een datering ontbreekt in het boek, maar ik schat dat het boek rond 1960 is uitgegeven. Een mooie grijs linnen harde kaft met daarop in sobere letters: Anna Karenina. De tekst is goed leesbaar (niet die vervelende priegel lettertjes zoals in de rainbow uitgave).
Het fijnste aan deze uitgave blijft echter de vertaling: misschien een beetje ouderwets, maar sprankelend. Vloeiende zinnen, poëtisch, kloppend.

Het maakte mij nieuwschiering naar de vertaler van deze uitgave van Tolstoj’s meesterwerk.
Helaas is deze niet te achterhalen, enkel en alleen de bewerker ervan: Halbo C. Kool.
Welke vertaling hij bewerkt heeft staat niet aangegeven en blijft onvindbaar via internet.

Over Halbo C. Kool vond ik echter meer dan voldoende informatie, met name in een boek van Jeroen Brouwers: ‘De laatste Deur’. Een wat bizar boek gevuld met essays over zelfmoord in de Nederlandse letterkunde. Halbo C. Kool wordt veelvuldig genoemd in ‘De laatste deur’.

Halbo C. Kool (1907-1968) stond in zijn jeugd bekend als wonderkind.
Zijn eerste verzen werden geroemd door bekende schrijvers en dichters, en hem werd een gouden toekomst voorspeld.
Helaas heeft hij zijn officiel debuut ‘De tooverformule’ nooit meer overtroffen.
Halbo C. Kool heeft desondanks zijn gehele leven gewijd aan de letterkunde.
Schrijven en literatuur was alles voor hem en hij snakte naar erkenning.
In de tweede wereldoorlog was hij voorzitter van een fonds dat schrijvers in het geheim geld toestak, hij was redacteur van het dagblad het Volk, vertaalde veel boeken (zoals Orwell’s 1984) en bleef zijn gehele leven schrijven.

In de oorlog verloor hij nagenoeg al zijn vrienden, onder wie Marsman, Menno ter Braak en Du Perron (deze schrijvers genoten wel alle erkenning).
Door het verliezen van zijn ‘goede vrienden’ werd Kool een verbitterd en triest man.

Een gedicht waarin hij deze ‘geliefde vrienden’ beschreef is ‘anno 1946’:

Er zijn veel te veel jonge doden
Om rustig rond te kunnen lopen,

Overal weer kom je ze tegen,
Bleekjes, glimlachend en verlegen;
Bij vlaggen, halfstok in plantsoenen,
Hoor je jezelf hun namen noemen;

Zij willen zich ons niet opdringen
Maar vullen je herinneringen;

Uit huizen waar nu vreemden wonen,
Zie je vrienden naar buiten komen,

Je loopt in drukke winkelstraten
Nog binnendsmonds met ze te praten;

Je hoort, maar ijler dan tevoren,
Steeds weer hun laatste afscheidswoorden;

Ze zitten thuis je op te wachten
Als de eigen binnengedachten.

Er zijn veel te veel jonge doden
Om ongestoord te kunnen dromen.

Ook een strofe uit zijn vers ‘mijn dode vrienden roepen’ herinnert eraan:

‘Hedaar, waar blijf je? Jaar op jaar
Al vragen wij: zou hij nu komen?
Hoor jij ons niet? Wij roepen maar
Over het water van jouw dromen
En onze dood: ben je haast klaar?

Of kun je ’t veergeld niet betalen,
Is het weer zo? Is het weer mis?
Wij willen je met liefde halen,
Wanneer daar tijd en plaats voor is,
Maar die zul jij moeten bepalen’


Dat laatste heeft Halbo C. Kool dan ook letterlijk gedaan;
Na een carrière vol kritiek, weinig lof en mislukte huwelijken is waarschijnlijk een publikatie van de briefwisseling tussen Menno ter Braak en E. Du Perron in 1968 zijn nekslag geweest.
Uit deze briefwisseling bleek dat zijn vermeende vrienden, over wiens dood hij zoveel verdriet had gehad, hem een slechte auteur vonden (Du Perron sprak over ‘het gelul van Halbo C. Kool’)en daarnaast een vervelend ventje, dom en maar een ‘heel klein’ klerkje.

Begin juni 1968, donderdag voor Pinksteren, werd Halbo C. Kool dood aangetroffen op een doodlopend weggetje (de Alambertskade) tussen twee plassen in het weidegebied bij Kortenhoef.
De miskende schrijver/dichter had zelfmoord gepleegd door een overdosis slaaptabletten in te nemen. De exacte datum van zijn sterven kan niet achterhaald worden, zijn lichaam verkeerde al in ontbinding toen het gevonden werd.

Graag betoon ik hierbij alsnog mijn eer aan Halbo C. Kool voor de prachtige bewerking van ‘Anna Karenina’. (ook al vond hij vertalen en bewerken van vertalingen ‘tweederangs’).
Hij heeft nu dit prachtboek ook voor mij toegankelijk gemaakt en mijn dank is groot.
De komende week ga ik op vakantie naar Schotland (nooit geweest, ik hoop op mistige landschappen, bruine cottages en gezellige kroegjes). Tot over een week.

dinsdag, november 15, 2005

zolang het er nog maar is

Ik las net weer een prachtig stukje over de symptomen van bibliomanie op http://boekengek.blogspot.com/ en mijn comment op zijn stukje werd zo uitvoerig dat ik het uiteindelijk maar hier plaats als Log op zich.

Ikzelf ben nog niet in het stadium dat ik bookcovers om mijn boeken stop om ze te beschermen, maar ik betrap me er wel steeds vaker op dat ik boeken die ik wil lezen op beurzen of andere gelegenheden laat liggen omdat het een slappe kaft heeft, een pocket is, het lettertype me niet aanspreekt, etc. etc.
De boeken waar ik het meest 'op val' zijn de boeken die de tand des tijds al enigzinds overleefd hebben met als inhoud literatuur dat zichzelf bewezen heeft (ik lees vrij weinig van Nederlandse schrijvers, de wereld is te groot, er is teveel wereldliteratuur waar ik mijn tijd eerst aan wil besteden).
Een mooie linnen of leren kaft, zolang het boek er maar OUD, zowat antiek uitziet.
En als het ook nog eens oud ruikt en aanvoelt krijg ik er haast een spirituele ervaring van.

Deze hang naar 'het oude' gaat soms zo ver dat ik het lezen van een 'oudbollige' uitgave prefereer boven een hedendaagse bewerking.
Eline Vere (Meesterwerk van Nederlandse origine!) heb ik in een zeer oude bewerking gelezen, in een prachtige band die heerlijk in mijn handen lag, en ik heb ervan genoten.
Deze liefde voor 'dingen die de tand des tijds doorstaan' gaat bij mij overigens nog verder dan boeken. Als kind wilde ik paleontoloog of archeoloog worden. Heb een verzameling fossielen en mineralen. Ik word lyrisch van archeologische opgravingen, kastelen, graven.
En puntgaaf hoeft het allemaal niet meer te zijn.
Archeologische vondst, munt of boek, ik koester de kleine tekenen die de tijd (en de mens die daarin leefde) achter heeft gelaten.
Zolang het er nog maar is!
Freud zou er wel raad mee weten vermoed ik:
een hunkering naar overleven,
een zoektocht naar dat wat blijft,
een absurde, onmogelijke poging om datgene te vinden dat onsterfelijk blijkt en hopelijk op mij afwrijft,
een ontkenning van de eindigheid der dingen?

Boekengek: weet jij het juiste antwoord?

maandag, november 14, 2005

Ondergedoken

Vanochtend werd ik ruw wakkergeschud door de komst van een leger zware jongens die vandaag centrale verwarming in het huis van mijn ouders kwamen aansluiten.
In elke kamer stonden een paar van die kerels, die uiteraard met een gracieuze finesse te werk gingen;
Binnen een mum van tijd lag de voordeur aan diggelen omdat ze er met een leiding doorheen waren gestruikeld.
Overal door het huis weerklonk het geluid van boren, hamers en Hazes (de heren waren zo vrij geweest om hun eigen muziek mee te nemen) en natuurlijk moest er ook keihard meegezongen worden.

Ik ben letterlijk het huis uitgevlucht en ik kon werkelijk maar één toevluchtsplaats bedenken:
De openbare bibliotheek. Een veilige haven om tot rust te komen.
Een onbedwingbare behoefte naar mooie zinnen overviel me.
Woorden die ik als een dekbed over mijn hoofd kon trekken om al het ruis om me heen buiten te sluiten. Zinnen waar ik me in onder kon dompelen, desnoods in kon verdrinken, zolang ik me maar kon verstoppen voor al dat geweld.
Ik wilde de zinnen in me laten sijpelen, langzaam, zodat ze zich in me konden nestelen om kleine schilderijtjes te vormen waar ik in extase naar kon kijken.
Het interesseerde me niet eens meer of er werkelijk een verhaal of een plot in het boek zat, zolang de bladzijden maar gevuld waren met magische zinnen.

Ik heb me met een boek van Friedrich Nietsche, Vladimir Nabokov ('Let op de Harlekijn') en een gedichtenbundel van Sappho in een zithoek van de bibliotheek genesteld en getracht de onrust mijn lijf uit te jagen door schone zinnen.
Nabokov creëerde geschreven kunstwerkjes op papier. Fascinerend hoe hij –letterlijk- schilderde met woorden, mijn vergelijking met schilderijtjes is niet eens zo ver gegrepen. Nabokov had het vreemde talent (synesthesie genaamd) dat hij in de verschillende letters van het alfabet kleuren zag. Zo gebruikte hij de letters als verf op het papieren canvas en zag hij naast mooie zinnen ook imponerende kleurencombinaties.

Nu zit ik weer op mijn kamer en de behoefte om me voor de wereld te verstoppen bestaat nog steeds. Met een boek in bed kruipen en een paar dagen met rust gelaten te worden. Het is me allemaal even te veel; De verhuizing op Kreta, de overgang naar Nederland en dan nu dit kabaal.

Ik duik nu onder in Tolstoj’s wereld, de wereld van Anna Karenina
en ik blijf er denk ik wel even.

vrijdag, november 11, 2005

Boekensneupen in Wageningen

En als je dan toch naar Ede toe rijdt om antiquariaat ‘De Elegast’ leeg te plunderen is het een buitenkansje om even naar Wageningen te rijden om daar in de boekhandels te gaan neuzen. (Wageningen ligt tegen Ede aan). Voor mij altijd een genot. In de winter pak ik elke kans aan om op zoek te gaan naar pareltjes tussen de boekenzooi, ik struin beurzen af, zoek tussen de afgeschreven boeken in de bibliotheek. Wat het boekensneupen betreft overwinter ik op de juiste plaats. Men denkt niet zo snel aan Wageningen als lokatie voor het zoeken naar boeken, maar de winkeltjes die zich hier bevinden zijn ware walhalla's.
Parkeer de auto in de buurt van de Markt, waar antiquariaat Leida en Huub Baar zich bevinden.

Antiquariaat Leida wordt beheert door dhr Wijnand Steemers.
De ruimte is niet groot, maar de eigenaar is zeer selectief in zijn keuzes. Wat hij heeft staan, is ook de moeite waard.
Veel 1ste drukken, bibliofiele uitgaven, zeer oude boeken en literatuur van klasse.
De eigenaar is tevens uitgever en schrijver/dichter.
Een blik op de etalage geeft al direct weer dat ook de winkel met zorg is ingericht. Sfeervol, harmonisch. Ik kom er graag en ga nooit met lege handen weg.

Openingstijden Leida: Ma/di: 13.00-18.00, wo t/m vr: 10.00-18.00, za. 10.00-17.00



Bij Huub Baar is altijd volk. Een heerlijke 2de-handsboekwinkel. Zodra ik de winkel binnenloop krijg ik jeuk in mijn handen...inkoopjeuk! Huub Baar biedt naast een ruime keuze aan Literatuur, Filosofie, Biologie, kinderboeken, SF, etc een groot aanbod van vrij recent uitgegeven boeken.
Als ik een boek MOET hebben dat nieuw in de boekhandel ligt loop ik eerst langs Huub Baar, grote kans dat ik het daar voor de helft van de prijs vind. Ook is het mogelijk om je naam op een wachtlijst te zetten. Zodra de eigenaar (surprise surprise: de heer Baar) het boek binnenkrijgt geeft hij je een belletje. Vanwege zijn aanbod van recent verschenen boeken en de ongedwongen sfeer die er hangt bezoek ikzelf deze boekhandel zeer regelmatig. Ik heb er ook nog wel eens de fout begaan om een boek te laten liggen onder het motto: ‘ik haal het morgen wel’. Niet doen. Je vist achter het net want een paar uur later is iemand anders je voor.
Openingstijden Huub Baar: Di t/m vr: 10.00-18.00, vr. koopavond, za. 10.00-17.00





Vanaf de kerk kun je de winkelstraat inlopen; Na een meter of 50 zie je boekhandel Kniphorst aan je linkerhand. (geen tweedehands!)
Kniphorst: Iedere Wageninger kent deze boekhandel, al ruim een eeuw de gevestigde boekhandel van Wageningen. Een klasseboekhandel met een gevarieerd en ruim aanbod (ook groot aanbod van wetenschappelijke boeken). De boeken staan overzichtelijk opgesteld, alles is makkelijk vindbaar. Kniphorst verzorgt tevens regelmatig ‘thema-avonden’ met bekende schrijvers, voorleesavonden en boekbesprekingen.

Als je vervolgens verder loopt door de winkelstraat passeer je o.a. Vermeer, voorheen ook een boekhandel, nu een Bruna. In een zijstraat ligt ook vrouwenboekhandel 'Shikasta'. (lectuur voor de feministische vrouw).


Aan het einde van de winkelstraat loop je nog een klein stukje verder richting ‘Hotel de Wereld’ (waar de bevrijding op 5 mei ’45 is getekend) en tref je antiquariaat ‘De Beschte’ aan waar je een zeer ruim assortiment vindt. Literatuur, oude en zeldzame boeken, wetenschappelijke boeken, biologie, landbouw en topografie Gelderland, biografieën, poëzie, filosofie en kunst. Je hebt hier een goede kans van slagen. Op de achtergrond draait sfeervolle klassieke muziek.
Openingstijden 'De Beschte': Ma: 13.00-18.00, di t/m za: 10.00-18.00, vr. koopavond

Wageningen lijkt klein, maar is groot voor de boekenliefhebber!

donderdag, november 10, 2005

Leegverkoop De Elegast te Ede

Foto: Moravia en Maraini

Ik ben alweer een uur of 30 in Nederland – waarvan 22 in wakkere toestand. Mijn vlucht terug ging via Athene, vervolgens naar Thessaloniki om uiteindelijk te landen op Düsseldorf. Ik weet niet of het door de veranderingen in luchtdruk komt in het vliegtuig, maar ik overpeins altijd de raarste dingen tijdens het vliegen. Ik zat een beetje te staren naar al die mensen om me heen en realiseerde me plots wat een rare wezens we eigenlijk zijn, met van die rare gaten in ons hoofd;
Vreemde uitsteeksels aan het hoofd hebben we ook, waar we vervolgens bellen aan hangen. En dan vinden wij dames het ook nog eens leuk om allemaal kleurtjes op ons gezicht te smeren. Dan zijn we knapper.
Heel apart allemaal.
Het vliegtuigmaal bestond uit zeer fijn geraspte wortel met een dressing van olie, kip in heel veel tomatensaus en kleine, gladde pasta. Nu weet iedereen dat al dit voedsel al heel voorzichtig moet opgepeuzeld worden boven een keukentafel….maar probeer het maar eens met een plastic minuscuul vorkje en mesje, tijdens turbulentie en in een bewegingsruimte van 20 vierkante centimeters. Dát is pas een quest. Tijdens mijn volgende vlucht verwacht ik toch op zijn minst soep, spaghetti en een erwtensalade. Ook leuk voor de buurman die zich in de 20 vierkante centimeters naast mij bevindt. Al maakte ik wel de Blits bij mijn Russische reisgenoot toen ik mijn Anna Karenina opensloeg en hij mij de rondslingerende wortelrasp waarschijnlijk vergaf.

Vandaag heb ik mijn plan uitgevoerd.
Ik ben naar antiquariaat “De Elegast” in Ede gegaan, waar momenteel een opheffingsuitverkoop plaatsvindt. Alles moet weg en boeken gaan voor dumpprijzen eruit.

Ik ben weer 23 boeken rijker (in totaal 47 euro voor kwijt):


O.A. Luigi Pirandello – Iemand, Niemand en Honderdduizend, Anais Nin – Erotica, Simone Signoret – Nostalgie is ook niet meer wat het was, Moravia – de Conformist én Het leven van Moravia (ik las eerder de reis naar rome), Dacia Maraini – Een stille Passie (dagboek van een vrouw eerder gelezen), Kurt Vonnegut – Slachthuis nr. 5, Pavlos Matesis – de moeder van de hond, Tom Wolfe – het vreugdevuur der ijdelheden, Salman Rushdie – Middernachtskinderen, Meir Shalev – Vooral over de liefde, Het boekenparadijs – Bourgeade, Pierre.
Geen misselijke titels, al zeg ik het zelf!

En een paar boeken over boeken (heerlijk!!! Ik lees graag bevlogen stukjes over boekenliefde!):
De schrijversmarkt – bijenkorfuitgave
Schrijversportretten
De Geest over de wateren – litteraire en wijsgerige essays
Max Perkins – Scott Berg
The Cambridge Guide to English Literature (over Engelstalige literatuur)
De eigenzinnigheid van de Literatuur – Kens Fens
Aantal Singels 262
Speurtocht naar de autobiografie – Cornelissen
De knuppel in het hoenderhok – Koos Hageraats


Grappig feit vond ik wel dat ik er naderhand achter kwam dat Moravia en Maraini een koppel zijn geweest. Vreemd dat ik net beide schrijvers had geselecteerd. Zelfs mijn boeken zijn verliefd op elkaar!

De antiquariaat ‘De Elegast’ is een sfeervolle boekhandel met een indeling zoals je verwacht van dergelijke winkeltjes. Vol donkere hoekjes, keukentrappen voor de bovenste planken, een trap naar de kelder (alle boeken daar gaan voor 50 cent weg), vrij stoffig en op de achtergrond (of zeg maar gerust voorgrond) speelt klassieke muziek.
De opheffingsverkoop duurt tot December en er staat nog een boel. Het winkeltje hanteert namelijk vrij beperkte openingstijden:

Elegast
Maandereind 27
6711 AA Ede
NEDERLAND
Eigenaar: Wilma Baars
Tel. 0318-617725
AlgemeenOpeningstijden:
Wo t/m vr: 13.00-17.30, koopavond op vr., za. 11-17 u

PS: De boeken over boeken staan in dozen vlakbij de kassa.

De komende dagen staat er weinig op het programma. Lekker uitrusten, veel lezen, films kijken, lekkere hapjes eten en veel slapen.

Nu begint míjn vakantie!

maandag, oktober 31, 2005

'De winter is begonnen!'


31-10 en vanochtend is de laatste vlucht vertrokken, met de laatste toeristen.
Her en der zie je nog een verdwaalde toerist lopen, meestal in een korte bloemetjesshort en dito T-shirt, terwijl de Grieken hun winterjassen maar vast aangetrokken hebben.
Zodra de temperatuur hier richting de 20 zakt hoor je de Grieken steevast roepen:
‘De winter is begonnen!’.
Aangezien alle winterkleding een maand of 7 in de kledingkasten heeft gelegen is de overheersende geur in Chania momenteel die van mottenballen.

28-10 was een nationale feestdag in Griekenland.
In alle steden komen dan duizenden schoolkinderen (van peuters tot tieners) in korte rokjes en lippenstift langs in een parade.
Op deze paradijslijke dag voor pedofielen herdenken de Grieken niet de bevrijding van de Duitsers, maar het begín van de 2de wereldoorlog! (blijven apart en tegendraads die Grieken)
28 oktober staat hier ook wel bekend als ‘Nee’-dag.
Wat de Grieken vieren is het feit dat Griekenland unaniem ‘Nee’ riep toen Mussolini overgave eiste.
En daarmee begon dus officieel de oorlog.
Hitler had zich nog enigszins verkeken op de strijd die zou volgen, zijn woorden waren:
‘Kreta…dat hebben we in een halve middag’.
Dat heeft heel wat langer geduurd en tijdens de gehele bezetting door bleven de Grieken zich actief verzetten.

Vervolgens ben ik begonnen met het verhuizen van mijn kostbaarste bezit….mijn boeken.
Al mijn boeken, inclusief boekenkasten staan nu tot ook haar grote vreugde bij vriendin I..
Ze vertelde me dat ze de volgende dag helemaal verlekkerd voor de kasten stond en dacht: ‘mijn eigen bibliotheek!’.
Ik had met mijn schatting van 700 boeken overigens schromelijk overdreven, het zijn er in totaal 485.
Gelukkig staat er in Nederland op mijn oude kamer nog een dergelijke kast op mij te wachten.

Afijn, nu mijn pareltjes veilig gestald staan, ver van vocht en viezigheid, moet ik de komende dagen de rest van mijn spullen gaan inpakken.

Vanochtend heb ik mij vrijwillig begeven in de Griekse hel: de uitkeringsinstanties.
Raadzaam is het om een valium te slikken voor het betreden van een dergelijke instantie hier.
Gewapend met een boek (uiteraard) van Tolstoj (ik ben eindelijk in Anna Karenina begonnen) heb ik ruim 2,5 uur in de rij gestaan bij de IKA (verzekeringen). Maar dat is niet het ergste, in Nederland word je ook wel eens geconfronteerd met wachtruimtes, maar daar is dan in ieder geval een ruimte. Hier sta je dicht op elkaar in de rij (en proberen om voor te dringen is de norm-zelfs met een nummertjes systeem- ) tussen schreeuwende vrouwen met dikke snorren, mensen die in snikken uitbarsten en chagrijnige vrouwen achter het loket (waarvan één ook met snor).
Toen ik om 11.30 binnenkwam trok ik nummer. 248.
Nr. 160 was net aan de beurt.
Om kwart voor twee werd er geroepen: ‘om twee uur gaan we dicht, iedereen die dan nog niet aan de beurt is geweest moet morgen maar terugkomen!’
(waarna er een gekrijs van jewelste rondom mij uitbrak van mensen die met nummertje 290 in de hand zaten).
Ik vermaande mijzelf tot kalmte, dacht: ‘mij krijgen jullie niet gekker’ en concentreerde mij op mijn boek.
Ik had geluk. Om 13.59 kwam mijn nummertje in beeld.

Donderdagochtend moet ik mijn telefoon- en internet afsluiten en zal het ook een weekje stil worden op mijn Blog. Daarna zal ik tijdelijk vertoeven in een periode van tijdsoverschot en kan iedereen weer Blog stukjes van mij verwachten. Over ruim een week begint mijn hunt naar boeken weer….. En ik weet ook al waar ik kan beginnen! Mijn vader vertelde me gisteren dat 1 van mijn favoriete 2de handboekzaken begint met een totale leegverkoop en alles voor de helft van de prijs wordt weggedaan. De leegverkoop duurt tot december. In de eerste instantie brak er paniek bij mij uit:
‘O god nee toch! Toch niet nu?? Waarom niet over een week? Dan zijn vast alle toppers al weg!’, maar mijn bron heeft mij verzekerd dat het leeg en stil in de winkel was (de boekhandel ligt een beetje ‘verstopt’ en hanteert rare, beperkte, openingstijden). Jullie begrijpen hopelijk echter wel dat ik niet van plan ben de identiteit van deze boekhandel uit de doeken te doen. Dat horen jullie pas de dag nadat ik er heb ingeslagen.

Met het verhuizen van alle boeken naar I. heb ik ze gelijk ook allemaal maar in mijn computer geregistreerd. En daarvan presenteer ik een lijstje:

‘de boeken uit D.’s kast die nu bij I. staat die D. bekoorden’:
1) Centaur in de Tuin – Moacyr Scliar - onbeschrijfelijk mooi, helaas het enige boek van Scliar in het Nederlands vertaalt. Over een Centaur die zich in de naam der liefde tot mens wil laten ombouwen. Soort van Plastische chirurgie in een sprookje gegoten. Doet een beetje denken aan de stijl van Gabriel Garcia Marques.
2) De Truffelminnaar – Gustaf Sobin; Een leraar verliest zijn vrouw aan de dood. Hij ontdekt dat hij door het consumeren van een bepaalde truffel zo intens over zijn overleden vrouw droomt dat het voelt alsof ze er in de nachten weer is. Deze truffels worden zijn obsessie. Boek leest zelf als één mooie, poëtische droom.
3) Het parfum – Patrick SüskindZo gruwelijk, zo mooi, zo rauw. Dit boek is ongeëvenaard.
4) Zout op mijn huid – Benoite GroultEen onmogelijke liefde voor het leven tussen een intellectuele vrouw en een zeeman.
5) Madame Bovary – Gustave Flaubert - Madame Bovary en Eline Vere dicht bij elkaar geplaatst, waar ze horen, kunnen ze elkaar in ieder geval gezelschap houden. Beide vrouwen met teveel passies, teveel dromen en te weinig realisme. Geeft weer hoezeer de mens verlangt naar liefde en hoe ver hij daarvoor bereid is te gaan. En hoe vreselijk hij er meestal naast blijkt te zitten.
6) Eline Vere – Couperus
7) Verhaal van een schipbreukeling & 100 jaar eenzaamheid– Gabriel Garcia Marquesde schipbreukeling is geweldig, heb je in een middag uit. Het verhaal: een boot vergaat en de enige overlevende drijft op een houten vlot enige weken op zee. Krijgt hallucinaties, vangt een duif en bijt zijn kop eraf, tracht zijn gymschoenen op te eten en moet continu haaien verjagen. Inmiddels is door zijn familie zijn begrafenis al gehouden. Dit verhaal is gebaseerd op een waargebeurd verhaal, Marques heeft deze man geïnterviewd en vervolgens dit boek geschreven. Overigens werd het merk gymschoenen na het vinden van de arme ziel zeer populair – hij had ze niet kapot kunnen bijten of rukken. Idem zijn horloge – dat deed het nog steeds.
8) Demian – Herman HesseDe strijd tussen goed en slecht. De kracht van liefde en kunst. De muur tussen kind en volwassen zijn. Mooi.
9) De woeste hoogte – BrönteVrouwen vallen uiteindelijk altijd voor de Bruut en niet voor de goedelijke sul. Waarheid als een Koe.
10) De Verborgen Geschiedenis – ‘Donna Tartt’Aantal studenten Oudgrieks gaan zich verder verdiepen in de mythologie en de Griekse tradities totdat dit compleet uit de hand loopt.
11) Millroy de Tovenaar – ‘Paul Theroux’Een aan lager wal geraakte goochelaar begint een Sekte gebaseerd op ‘voeding uit de bijbel’. Krijgt zijn eigen TV show en vele jonge volgers die hem aanbidden. Verteld uit het gezichtspunt van één van deze, een 13-jarig meisje. Fascinerend boek; Ben daarna nog een tijdje op zoek gegaan naar ‘recepten uit de bijbel’.
12) De voorlezer – Bernhard Schlink
13) 1984 – George Orwell – Big brother is watching you. Huiveringwekkend!
14) De hond in het lege huis – Anton Koolhaas Man, vrouw en hond op een vakantie-eiland. Vrouw gaat zwemmen en keert nooit meer terug naar het strand. Man vertrekt alleen terug naar huis en probeert zo goed als hij kan zijn leven weer op te pikken. Raakt er op een gegeven moment van overtuigt dat hij de hond in het vakantiehuis heeft opgesloten en vliegt terug naar het eiland. Probeert daar vrede te krijgen met het gebeurde.
15) De Sater – Paul ClaesClaes op zijn best. Heb de Kameleon ook gelezen, maar Claes is een ster in het beschrijven (en vertalen ) van Oudgriekse taferelen.

Al hou ik met heel mijn hart van praktisch elk boek dat ik bezit, bovenstaande boeken wisten mij in een ‘droomtoestand’ te brengen. Die heerlijke leeservaring van totaal een andere wereld te betrekken en daar te bestaan. Deze boeken hebben een eeuwig plekje in mijn hart.

zondag, oktober 30, 2005

Wat hebben Bud Spencer en Mao Tse-Lung gemeen?













Wat hebben o.a. Bud Spencer, Laura Bush, J. Edgar Hoover, Karl Marx, Casanova, MaoTse-Tung, Jorge Luis Borges, Benjamin Franklin en de Gebroeders Grimm gemeen?

Voor het antwoord zie link onder titelkop.

vrijdag, oktober 28, 2005

Beminde


Ik heb net het boek “Beminde” van Toni Morrison uitgelezen en het mag nu wel dichtgeslagen naast me liggen, dit is een boek dat in je voortleeft en dat je eigenlijk nooit uit hebt.

Toni Morrison verstaat een kunst die ik nog nooit eerder op een dergelijke wijze uitgevoerd heb gezien. Namelijk om wreedheid teder te beschrijven. Ik kan het niet anders omschrijven. Een ieder die het boek gelezen heeft zal begrijpen wat ik bedoel.

Dit is geen gemakkelijk boek; Neem er de tijd voor. Wanneer je het te lang weglegt word het zware kost. Het duurt namelijk even voordat je ondergedompeld bent in de stijl die T. Morrison gebruikt en de betekenissen kunt doorgronden. Toni Morrison speelt met stijl en tijd als geen ander. Elk hoofdstuk wordt verteld vanuit een ander oogpunt, door een ander persoon en met een ander taalgebruik. Het boek heeft een jazzyachtig ritme.

Het verhaal dat ze verteld is ‘onderhuids gruwelijk’. Een gevluchte slavin snijdt haar eigen baby de keel door om het te behoeden voor een leven als slavin. Het kind blijft haar en alle mensen om zich heen echter terroriseren, eerst als geest en vervolgens als een wezen van vlees en bloed. Overigens totaal geen zweverig boek, juist op een rauwe wijze realistisch.

Markant detail is dat Mw. Morrison de basis van ‘Beminde’ heeft gebaseerd op het leven van de slavin Margaret Garner, die inderdaad haar kind ombracht zodat het niet zou opgroeien in slavernij.
Toni Morrison is de laatste jaren in Amerika overigens ongekend populair, voornamelijk omdat Oprah Winfrey de schrijfster onder haar vleugels heeft genomen. Elk boek dat Oprah in haar boekenclub opnam werd een bestseller, en van Morrison waren dat er wel 4. Ook heeft Oprah zelf een rol gespeeld in de verfilming van ‘Beloved’.
De schrijfster Toni Morrison heeft in 1993 de Nobelprijs voor de literatuur gewonnen. En als je ‘Beminde’ leest weet je waarom.

Onder het lezen werd ik telkenmaal op mijzelf teruggeworpen en geconfronteerd met zaken waar je niet dagelijks bij stilstaat: Het feit dat er –ook nu nog- mensen zijn die alleen werken en slapen, een leven lang. Dat mensen je geloof in de liefde zo gemakkelijk kapot kunnen maken totdat liefhebben geen optie meer is. Dat sommigen zelfs de sterksten kunnen afbreken totdat er niets meer over van ze over is.
Dit boek grijpt je bij de keel, zet je voor een spiegel en maakt je uiteindelijk ook een klein beetje gelukkiger omdat je je realiseert hoeveel je eigenlijk hebt om dankbaar voor te zijn.

maandag, oktober 24, 2005

De beroemde schrijver Peter Dörfler

Vandaag in een hotel een vreemde vondst gedaan.
Kent U de schrijver Peter Dörfler? Nooit van gehoord? Echt niet?
Nou, ik ook niet.
Ik trof het boek “Nood in de Allgau” van Peter Dörfler aan en het was vooral de band die me aansprak. Toen ik het doorbladerde riep de receptioniste me toe dat ik het maar moest meenemen anders ging het de prullenbak in. (gruwel gruwel…ja er zijn hier echt hotels die boeken WEGSMIJTEN. In de PRULLENBAK!).
Ik weet echter niet of boek en ik samen een gezellige avond gaan doorbrengen.
De druk dateert namelijk uit 1939 en het is geschreven in Oudnederlands.
(En dat leest zoo gezelligsch).
Desondanks kreeg ik het niet over mijn hart om het in de prullenbak te zien belanden.
Het kaft ziet er nog zo puntgaaf uit en aan de binnenkant zit een stickertje met daarop de tekst :

J. Meijer
Dupuits
Groote Staat 27 (er staat echt Staat)
Tel. 580
Maastricht.

Alleen al voor het stickertje was hij de moeite van het meenemen waard.

Een beetje speurwerk op Internet naar de schrijver maakt kenbaar dat P. Dörfler (priester en dichter) tot 50 jaar geleden een veel gelezen schrijver was.

Hij zag het levenslicht op 29-04-1878 op een boerderij in Obergermaringen (deze plaats is al net zo bekend als de schrijver, of brengt U er al uw vakanties door?).
Zijn jeugd bracht hij lezend door.

Een klasgenoot vertelde dat een geliefde opmerking van hem was:

"Lieber nichts zu essen als nichts zu lesen!".

Een opmerking naar mijn hart!!!!
Hij studeerde ‘Vroegchristelijke Archeologie” (kan men dat hedendaags nog studeren?), werd priester, werkte met weeskinderen en was dichter/schrijver. Een soort van heiligman dus.
In 1945 won hij de dichterprijs van de stad München en hij was lid van de Academie der schone kunsten in Bayer.
Zijn boeken worden nu niet meer gedrukt en nauwelijks gelezen, zijn instellingen worden als ouderwets beschouwd en streekromans zijn zowiezo uit de gratie.
Dat zal mij overigens niet tegenhouden het te lezen als de schrijfstijl mooi blijkt te zijn.
De schrijver overleed op 10-11-1955.

Maar wat mij nu bezig hield is waarom iemand dit boek heeft uitgekozen om als vakantiekost mee te nemen?
Was het een bejaarde man die bij het inpakken dacht, goh ik heb nog een boek liggen van 66 jaar geleden, laat ik dát nou eindelijk eens lezen?
Of was iemands oma overleden en dacht die persoon: gohhhh de bestseller van Dörfler, die wilde ik nu al jaaaren lezen. En wow! Nog in Oudnederlands ook!
Ik vind het een waar mysterie.
Nu weet U het echter mensen.
Er zijn vakantiegangers die geen Dan Brown in hun koffer steken, maar een heuse Dörfler uit 1939 in oud-Nederlands. Is dat niet vooruitstrevend?!
Ik heb in ieder geval een leuk stickertje.

woensdag, oktober 19, 2005

Welk boek staat in uw kast stof te vangen?

Gisterenavond te veel gegeten (en gedronken) en daardoor onrustig geslapen. Ik droomde dat ik tijdens mijn werk ruzie kreeg met een gast.....over een pen. Mijn gast wilde m'n pen niet teruggeven dus uiteindelijk stonden we beiden aan de pen te trekken. Volgens mij is dit een vaag teken dat ik aan vakantie toe ben.

De Blogsurfers zullen ongetwijfeld wel eens op de site van de schrijver Kluun geweest zijn. Kluun heeft enige weken terug een verkiezing gehouden voor het meest onuitgelezen boek (de vergeelde boekenlegger). Voor uitslag zie mijn link onder titelkop.

Het heeft mij benieuwd gemaakt naar het meest ongelezen boek. Bij mij staan al jaren boeken in de kast die ik heel erg graag wil gaan lezen, maar toch altijd net weer naast grijp (omdat hij te dik/te kleine letters/te zwaar) is.
Ik kan er zo 5 noemen:
  • De Decamerone - Boccacio
  • De Kleine Vriend - Donna Tartt (en de negatieve berichten houden me tot dusver tegen al geeft Pieter Steinz in 'Lezen Etcetera' -ik zal dit boek later nog eens bespreken, hoort thuis in de kast van elke literatuurliefhebber- een goede recensie.) De 'Verborgen Geschiedenis' van Tartt is 1 van mijn favoriete boeken.
  • De Davinci Code - Dan Brown - ooit gekocht en nog niet aan begonnen vanwege slechte verhalen en omdat 'iedereen het leest'
  • Oorlog en Vrede - Tolstoj
  • De Toverberg - Thomas Mann
  • Lord of the Rings - Tolkien
  • En (schaam schaam schaam) ik heb tot op heden Anna Karenina nog niet gelezen. Wil dit al heel lang, maar pak dan toch weer iets anders. Moet binnenkort maar eens verandering in komen.

Welk boek staat bij U al jaren op het leeslijstje, maar doet nog steeds dienst als boekensteun?

dinsdag, oktober 18, 2005

Gevaarlijke boeken

Ik ben weer erg slim geweest.

Middenin een verhuizing en al een tijdje bezig dingen weg te gooien.
Tevens had ik een doos met boekenpulp klaargezet om weg te brengen.
Die boekenpulp heb ik uiteindelijk omgeruild voor boeken op mijn boekenplank.
Kortom, weer een nieuwe doos boeken in huis gehaald.
Altijd verstandig als je niet weet waar je ze laten moet.

Afijn, mijn nieuwe aanwinsten zijn oa:
- 'Shardik' van Richard Adams (intrigeert me, iemand gelezen?)
- 'Onwaarschijnlijke verhalen' (verzameling verhalen van Poe, Lawrence, Wells, Dahl, etc.)
- 'De Trip' van Tom Wolfe
- 'Hartslag' van Jens Christian Grondahl
- 'Hoe ben je een goed mens' van Nick Hornby en
- 'De mooiste Mythen en Sagen uit de Middeleeuwen' bewerkt door Drs. Hans P. Keizer.
Deze laatste lijkt in retrospekt nogal een misser te zijn.
De Titel sprak mij aan en ook bij het snel even doorbladeren vielen de mooie tekeningen me in het oog.
Thuis gekomen heb ik pas de beschrijving op het kaft doorgelezen en las toen :
“De mooiste mythen en sagen uit de Middeleeuwen is een feest om te lezen. We zien ridders in glanzende wapenrusting, fier op hun paard gezeten, met een lans in hun hand en een kleurig lint aan hun helm…..Deze bundel verhalen biedt urenlang leesgenot en zal u nog lang bijblijven. U kijkt voorgoed met andere ogen naar een kasteel”.

GAD-VER-DAM-ME…….
Wat is dit??? De Mooiste Mythen en Sagen uit de Middeleeuwen voor geestelijk gestoorden? - Ik hoopte zoiets als Robert Graves “Griekse Mythen en Sagen” te hebben gevonden (prachtig prachtig prachtig) but no such luck.-
Een tekst als hierboven, dat is gewoon pure woordverkrachting.

Gisterenmiddag heb ik nog een uurtje met een (intelligente, geschoolde en waanzinnig leuke meid) vriendin op het strand gelegen en zij las een candlelight roman (why why why?) die opgebouwd is uit zinnen als deze.
Zinnen in de trend van:
“Haar lange, donkere, krullende haren wapperden voor haar gezicht. Haar fonkelende, blauwe ogen, als diepe poelen keken hem aan. Met fiere, grote passen kwam hij naar haar toe…..”

Het brengt mij voor een dilemma; Sommige boeken kunnen zeker een gevaar opleveren.
Toen Goethe’s “Leiden des jungen Werthers” uitkwam, ging er een golf van zelfmoorden door Duitsland heen. Allemaal jongemannen met een gebroken hart die zich met Werther vereenzelfdigden en zich gekleed in Werthers gele pandjas voor de kop schoten.

En wat te zeggen over de moordenaar van John Lennon?
Hij beweerde tot de moord van Lennon te zijn aangezet door het boek “Catcher in the Rye” van J.D. Salinger. Nadat hij Lennon elimineerde liet hij het boek op het lichaam achter.

Boeken kunnen beïnvloeden, misschien zelfs hypnotiseren. Als je door het uitlezen van een boek (Allen Carr’s “stoppen met roken”) geen behoefte meer hebt aan een sigaret (het werkt!) dan bestaan er wellicht ook boeken die je zodra je ze dichtgeslagen hebt je stimuleren om je relatie uit te maken. Of boeken die je het duwtje geven om ontslag te nemen van je werk en de wijde wereld in te trekken.
Of om je te laten ombouwen.
Of om in je uppie een derde-wereld oorlog te ontketenen.

Dergelijke boeken zijn in het bijzonder boeken die ik graag wil lezen.
Om je aan het wankelen te brengen, moet een boek wel razendsterk zijn geschreven.
Zo sterk dat je werkelijk in het beschreven karakter stapt en dat op het moment dat bij het personage in het boek het kwartje valt, ook bij jou het kwartje valt.
Mooie synchronie: lezer en personage zien samen het licht.
Ik wankel niet zo snel, ik proef van dit, ik proef van dat, maar wil altijd verder proeven.

En wat te denken van boeken die tot massamoord hebben aangezet?
Zoals Mein Kampf, de Malleus maleficarum (het handboek in de Middeleeuwen wat betreft heksenvervolgingen) en allerlei boeken waarop religies staven?

Om het nu toch wat dichter bij huis te houden, hoe zit het met het gevaar van slecht geschreven Candlelight-Kasteel-Pulp-Romannetjes?
Als ik veel tijd doorbreng met mijn Vlaamse collega’s valt het mij op dat ik ook plots ‘Wablief’ en ‘Allez’ ga zeggen. Zelfs mijn intonatie verandert. Als een paar uurtjes met iemand anders je taalgebruik en je stopwoorden kunnen veranderen.....

Lopen de liefhebbers van deze romannetjes dan niet een immens gevaar? Het gevaar van geestelijk infantiele beïnvloeding? Moeten wij, het volk, de publicatie van dergelijke propaganda niet tegengaan? Ik zie mij het toekomstige gesprek met deze vriendin al voor me:

“Nog een leuke vent tegen het lijf gelopen?”
“Ja; Ik zag hem gisteren morgen in de ochtendzon. Zijn huid glinsterde”
“O”
“Mijn hart ging vreselijk te keer. Zijn (lange, blonde) haar wapperde in de wind. Zijn aftershave rook naar rozen in Juli. Het was liefde op het eerste gezicht”.

Afijn, uiteindelijk ben ik er toch van overtuigd: beter 1 boek dan geen boek (dit is ook mijn filosofie in de liefde). Ja. Zelfs beter pulp lezen dan niet lezen.


Nu lees ik graag 'op niveau', maar kijk stiekem wel naar pulpprogramma's op TV.
Wie weet heeft de mens toch een dosis pulp nodig om het leven leefbaar te maken en krijgt de 1 het binnen middels de media (lezers van de Telegraaf, tijdschriftje Story bij de tandarts) en de ander via een romannetje?

donderdag, oktober 13, 2005

Bibliofilie, zegen of vloek?


Het heeft ruim een week pijpenstelen geregend op Kreta.
Ikzelf vond het een genot, die regen -na maanden van hitte-, mijn gasten dachten daar natuurlijk anders over.
Frappant vind ik dat ik bij de eerste regenval altijd het gevoel krijg dat het eiland weer van de Kretenzers zelf is. De inwoners trekken bij de eerste drupjes hun winterjassen aan en ineens vallen de toeristen uit de toon met hun bermuda’s en sandalen, banjerend door de regenplassen, met hun gezichten op onweer.
Terwijl er op de gezichten van de inwoners een spoor van verlichting te bespeuren valt:
het einde is in zicht…..alsof de regen het einde van het toeristenseizoen aankondigt.
Nog even…

Op één deze regenachtige dagen heb ik een middag doorgebracht bij een bijzondere Kretenzische familie woonachtig in het dorpje Kalives.
Bij deze mensen staat altijd de deur voor me open. Zodra ik er binnenkom verzamelt het gehele gezin zich in de huiskamer om me heen, allemaal door elkaar schreeuwend en of ik honger heb of niet, ik MOET mee-eten.
Meestal krijg ik ook een fles olijfolie mee als ik vertrek, of gruwel, een geslachte kip uit de tuin.
Er wonen hier 8 mensen (opa en oma gaan hier écht niet naar bejaardentehuis!).
Deze mensen hebben niet veel, maar ze hebben ook niet veel nodig.
Ik moest vroeger nog wel eens grinniken om de oma in dit gezin. Dan moest ik bijv. stante pé naar Nederland bellen, want ze had op de radio gehoord dat er oorlog was uitgebroken.
Of ze waarschuwde me vooral voorzichtig te rijden op de snelweg: ‘want die zit vol met rukkers en eikels!’ (zegt een 92-jarige).

Deze mensen hebben het door, ‘Eenvoud is Bliss’.

Waar wij allang het spoor bijster zijn, kennen zij het geheim des levens.
Samenzijn.
Gezelligheid.
Hard werken op het land.
Familie.
Lekker –en gezond- eten en niet teveel poespas.
Van intelligente mensen in Holland vind ik het vaak onbegrijpelijk dat zij nooit een boek lezen, maar bij dit gezin hier staat niet eens een boekenkast en vreemd genoeg kan ik het van hun hebben.
De Bibliofiel denkt het geheim des levens in zijn boeken te vinden, maar is dan het niveau van de basis al ontstegen.

Ik citeer de schrijver Bernlef, in interview met vrouwenweekblad Libelle (tja heren, hoe zou U anders ooit dit citaat kunnen lezen dan via mijn log):
"Allemaal hopen we dat er een soort verklarend principe is dat overzicht en Zin geeft. Ik denk dat de meesten van ons het grootste deel van ons leven een poging doen om controle te krijgen, grip. Er zijn bijvoorbeeld veel mensen die iets verzamelen. Zij halen hun gevoel van macht en overzicht uit het compleet maken van iets: bv. alle boeken van een geliefd schrijver. Alsof de wereld zo begrepen kan worden. Terwijl we weten dat het zo niet werkt. Als we dood gaan, wordt al die rotzooi die wij bij elkaar hebben verzameld door onze kinderen verdeeld of naar de rommelmarkt gebracht. "

Soms is de ontwortelde boekenliefde geen zegen meer maar een vloek.
Zoals nu.
Ik zit middenin een verhuizing en ben tot de conclusie gekomen dat ik net zoveel boeken heb als spullen. Ik verwacht zeker 10 dozen vol met boeken te pakken.
Het geeft me nu al slapeloze nachten. Waar ga ik mijn boeken VEILIG opslaan? Over mijn andere spullen zit ik nauwelijks in zolang mijn boeken maar ongeschonden de winter doorkomen. Momenteel ben ik een toepasselijk boek aan het lezen van Ed Schilders, genaamd ‘Literaire curiosa en rariora, boekenvrienden en bibliomanen.’. Daarin kan de boekenvriend lezen hoe heb met hem af kan lopen als zijn hobby uit de hand loopt.
Mijnheer Schilders heeft talloze geweldige voorbeelden verzameld.
Voor de Boudewijn Büch-fans: Boudewijn Büch heeft na lezing van dit boek een brief gestuurd aan Ed Schilders dat hij het in een avond had uitgelezen en ervan genoten had!
Er staat een link bovenaan mijn pagina naar de Essays van Ed Schilders, veel mooie stukjes over boekenliefde.
Ed Schilders schrijft over allerlei vormen waar het ‘een beetje mis is gegaan’:

Bibliomanie: De Bibliomaan is niet meer geinteresseert in het werkelijk lezen van de boeken die hij bezit. Het gaat nu om een ziekenlijke neiging ze te bezitten, indien nodig heilige alle middelen het doel. Er zijn veel voorbeelden van Biliomanen bekend waarbij diefstal of moord niet meer geschuwd werd.
Biblioklast: Iemand die boeken vernielt door er bepaalde blz. Uit te scheuren, die hij in zijn verzameling wil voegen.
Bibliopath: Iemand die ziek word door de aanwezigheid van boeken.
Bibliophag: Iemand die letterlijk boeken verslind door ze op te eten (en vaak gelooft dan de kennis in zijn lichaam op te kunnen nemen).
Bibliophobe: Iemand die bang is voor boeken.
Biblioskop: Iemand die boeken doorbladerd zonder ze te lezen
Bibliotaph: Iemand die zijn bibliotheek voor de rest van de wereld verstopt (om zichzelf er vervolgens levend in te begraven).
Bibliolatrie: Een dusdanige verheffing van 1 bepaald boek dat er geen andere boeken meer geduld worden.
Bibliolythie: Behoefte om boeken te vernietigen, wat kan eindigen in heksejachten en openbare boekverbrandingen.
Biblioverser: Iemand die boeken voor een ander doeleinde gebruikt als lezen. Ja inderdaad: ook om sexuele handelingen mee uit te voeren (mijn fantasie laat me hier even in de steek, ik kan mij enkel een vorm van sm voorstellen waarbij men elkaar met de boeken ervan langsgeeft?).


Zelf zit ik denk ik tussen Bibliofilie en Bibliomanie (nog wel dichter tegen Filie). Ook ik heb boeken in mijn kast staan die mij door hun aanwezigheid blij maken, maar waarin ik in geen jaren een letter heb gelezen. En ik moet ook altijd meer hebben.
Mijnheer Schilders zijn boek is gevaarlijk voor boekliefhebbers. Na het lezen van het hoofdstukje ‚Een reisbibliotheek op zakformaat’, wil ik het boek ‚The Book on Books’ óók hebben (na zijn enthousiast betoog). Dit boek (dit lijkt wel een raamvertelling over een boek in een boek) van de hand van Mr. Jackson moet HET naslagwerk over boeken, bibliofilie en bibliomanie zijn.

HEBBEN!

En zo komt er geen eind aan....

Ik zeg het je. Dat gezin waarover ik schreef, in het kustdorpje Kalives. Zij hebben het door.


dinsdag, oktober 04, 2005

Generalisaties over de boekverslaafde, hamsterende lezer.

Deze lezer:

Zijn verzamelwoede breidt zich waarschijnlijk ook verder uit naar andere gebieden in zijn leven; Het verzamelen van herinneringen, lijstjes, onbeduidende zaken waar herinneringen aan kleven (treinkaartje naar een bijzondere bestemming van 16 jaar terug). Het verzamelen an sich is een poging tot ordenen, een poging tot bezitten en begrijpen, een poging om een begrijpelijke wereld te scheppen in de onverklaarbare chaos om ons heen. Echter wil het verzamelen van zoveel emotioneel geladen troep nog wel eens chaos in de chaos veroorzaken.

Er is een diepe, diepe liefde voor het boek. De wetenschap dat we zonder het boek nergens waren. Nergens met onze wetenschap. Nergens met onze filosofie. Tot eind 19de eeuw was het schrift de enige manier om onze kennis over te dragen. Voordat Beeld- en Geluidsmateriaal bestonden. Alles begon met het geschreven woord. “In den Beginne was er het woord.”

De verwoedde lezer is denker, filosoof en piekeraar. Iemand die zo graag kennis opslurpt zal dat ook gebruiken. Dit eindigt meermaals in een overmatige woordenbrij in het hoofd. De verzamelaar stopt ook graag alles in hokjes, net zoals zijn boeken overzichtelijk geordend in de kast staan. Zaken die niet in hokjes geplaatst kunnen worden, daar word net zolang over gepiekerd tot ze er wel in passen.

De verslaafde lezer is aspirant schrijver. Maar wel 1 met een reusachtige handicap. Men zou denken dat veellezen een hulp is tot het zelf creëren van leesbare stukken. Maar de lezer weet de waarheid: Hij/zij heeft namelijk zo veel moois, hemels moois, gelezen dat het onwaarschijnlijk moeilijk word om zelf te gaan schrijven. Middelmatig zijn wil je niet en je evenaren aan de goden is een onmogelijke taak.

De lezer heeft iets met woorden, de betekenis ervan, de klank, het gevoel van woorden. 10 tegen 1 dat de grote lezer zich gemakkelijk meester maakt over vreemde talen.

De verzamelaar van boeken kan niet omgaan met verlies. Het bezitten van waarde maakt het mogelijk om het kwijt te raken. De dood; Een grote angstmakende wolk: want waar gaat de kennis heen die de verzamelaar zijn hele leven in zich opneemt? Met welk nut zuig ik alles op als een spons. Wat blijft ervan over?

De bunkerende lezer is een passieve levensverbeteraar.

Hij/zij heeft een grote algemene kennis.

Overal een mening over.

Is een huismus met een herhaaldelijk verlangen naar rust en schoonheid.

De behoefte tot scheppen (want jazeker! Ook lezen is scheppen, is creëren, is poëzie, is eigen maken van gedachten, ze ombuigen, vasthouden en gebruiken).

Heeft nog veel meer versplinterde interesses om zich heen, die hij/zij door middel van boeken over deze passie weer kan voeden.

Kan het gewoon niet vatten dat het grootste deel der mensheid nooit een boek leest.

Voelt zich klein in de wereld, maar tegelijkertijd groot in zijn wereldje.

Is een streber en raakt nooit uitgeleerd.

Zoals ik al schreef: generalisaties. Herkent de lezer er wat in?

vrijdag, september 30, 2005

Heimwee naar Bredevoort



Nog een week of 6 en ook ik vertrek weer richting Nederland.
Voor mij zijn de jaren wel erg duidelijk opgedeeld in seizoenen.
Al 11 jaar leef ik dit leven, een keuze waar ik nog geheel achter sta.
Maar het is wel een vreemd leven.
Ieder jaar, in november, laat ik al mijn hebben en houden achter, pak ik mijn koffer in en laat ik mijn leventje in Griekenland weer achter.
En ieder nieuw jaar in maart ga ik met datzelfde koffertje weer terug naar dat leventje, voor een nieuw seizoen, een nieuwe start.
Vreemd genoeg begin ik volgens mijn gevoel ieder jaar in maart weer met een blanco bladzijde, ik borduur niet verder op hetgeen dat er al was.
Iedere zomer is ook weer anders.
Nieuwe kontakten, een ander energetisch niveau, nieuwe ervaringen.
Vaak is het erg zwart-wit als ik erop terugkijk.
Omdat het een periode is met een begin en een einde word het erg gemakkelijk om er een stempel op te drukken en om de ervaringen in hun volgorde te plaatsen en te beoordelen.
Drie jaar geleden was het een kutjaar.
Vorig jaar een topjaar.
Dit jaar een rustig, kalm vaarwater.

Ik hou van Chania. In deze omgeving ben ik de beste versie van mijzelf.

Maar zoals ik al schreef, nog 6 weken. En ik begin er tot mijn verbazing naar te verlangen om weer naar Nederland te gaan. Ik word al enige dagen ’s ochtends in mijn bed wakker met de gewaarwording dat ik in Wageningen in mijn bed lig.
Misschien komt het doordat ik moet verhuizen en mijn stek hier gevoelsmatig steeds minder mijn thuis word.
Misschien komt het doordat ik moe van het werken ben.
Ik heb collega hostessen die bijna regelrecht naar hun winterbestemming doorvliegen.
Ik kan dat niet. Na 7 maanden hostess wezen heb ik een behoorlijke adempauze nodig.
Geloof me, je praat wat af als reisleidster.
Je regelt, je verstrekt informatie, je maakt afspraken, je bevestigt.
Aan het einde van de dag heb je soms zo ontzettend veel gepraat dat je een afspraak met die vriendin met liefdesverdriet gewoon niet meer aankan. Niet vanwege het ongerief…nee…gewoon omdat je niet meer kunt en wilt praten, nog geen pap meer kan zeggen.

Over het algemeen volg ik een vast patroon terug in Nederland. Ten eerste vergrijp ik mij aan allerlei lekkernijen die ik hier tekort kom: de afhaalchinees (ik bedoel hiermee het voedsel!), Kroketten, patatje saté, gerookte zalm, oude kaas en zelfs andijvie stampot is voor even een delicatesse.
De dag na aankomst ga ik getrouw naar de bibliotheek in Wageningen.
Hoe ik het voor elkaar krijg, weet ik niet, maar ik struin gemakkelijk een uur of 4 in de bibliotheek rond, op zoek naar de 5 boeken die ik mag lenen.
Ik lees kaften, ga op zoek naar evt. nieuwe boeken van favoriete auteurs (in 7 maanden wil er nog wel eens iets nieuws gepubliceerd worden), lees passages.
En voor ik het weet zijn er uren voorbij.
Na deze rituelen ben ik pas weer echt terug in Nederland.

Echt geweldig is het wanneer er in die dagen ook een boekenbeurs is.
Ik kan het niet verklaren, maar op boekenbeurzen gedraag ik mij als een klein kind in een ballenbak.
Al bij binnenkomst krijg ik een verhoogde hartslag, verwijdde pupillen en zweethandjes.
Ik ren van kraam tot kraam om vervolgens weer bij het eerste kraampje te beginnen.
Wanneer ik vind wat ik zoek (en ook het vinden van dit zoeken blijft een eeuwig mysterie, want ik ga nooit met een doel op zoek) moet ik mijzelf inhouden om mijn boeken niet te strelen en knuffelen aangezien dit er wellicht enigszins gestoord uit zou zien.
Dit boekenzoeken blijkt toch werkelijk een fetisj te zijn.
Het geweldige dagboek van Samuel Pepys waaruit ik iedere dag een paar blz. lees (ik neem dit boek gedoseerd tot mij) heb ik niet alleen gekozen op de inhoud.
Ik werd er ook tot aangetrokken door het prachtige antieke bruine hardkaft, de dikte en het gevoel van de bladzijden en zelfs (ja ik geef het maar toe) de geur.
Het boek rook stokoud. Niet stoffig, niet vermolmd, maar die speciale heerlijke geur van oud boek. En zo af en toe, tijdens het lezen, steek ik mijn neus in het boek dat onveranderd zijn odeur blijft afgeven. Tja, ik heb nooit beweerd dat ik normaal ben.

Mijn mooiste ontdekking vorig jaar was Bredevoort boekenstad; Het Walhalla voor de boekenliefhebber. Het dorp heeft ongeveer 500 inwoners, 1 supermarkt en meer als 30 tweedehands boekzaken. Voor ieder wat wils.
Onbegrijpelijk vond ik ook een paar zaakjes die op een systeem werken dat niet verwacht had aan te treffen in Nederland.
In een aantal boekwinkeltjes hangt een brievenbus met daarop de mededeling: ‘Wij vertrouwen op uw eerlijkheid. Deponeert U svp het aangegeven bedrag voor het boek in deze brievenbus’.
Juist: in deze winkels staat geen verkoper!
Uiteraard liggen hier geen kostbare, gesigneerde exemplaren, ik heb er echter toch een paar boeken gevonden die mij kostbaar zijn geworden: 2 boeken van J.P. Sartre en Herman Hesse’s ‘Demian’.
Is het niet geweldig dat er nog zulke plekken bestaan in ons kikkerlandje?

Afgezien van de vele boekwinkels in Bredevoort is er elke 3de zaterdag van de maand een boekenmarkt, zijn er allerlei thema dagen, kunstgalerijen en het dorp zelf is een plaatje. Ook zijn er meerdere cafés en restaurants met net dat beetje meer. Na het boekenzoeken in Bredevoort at ik overheerlijke appeltaart en dronk chocolademelk in een oergezellig middeleeuws café, waar je je zelf, omringd daar al dat donkerbruine hout en grote logge tafels, pannen en banken eventjes werkelijk in de Middeleeuwen waant. En als je dan een stapeltje nieuwe, oude boeken naast je hebt liggen…dan voel je je een koning in je koninkrijk!
Ja Bredevoort….
Nog een week of 6 en ik ben weer thuis!!!

donderdag, september 22, 2005

Ontploffende tankwagens, ratten en verontrustende literatuur uit de Romantiek

Het beminnelijke bezoek dinsdagmiddag weer uitgezwaaid.
Na 2 gezellige, intense maar ook intens vermoeiende weken ben ik weer alleen.
Toch best even slikken.

De realiteit liet ook niet lang op zich wachten voor hij (moet wel een hij zijn) mij om de oren sloeg. Huisbaas confirmeerde gisterenochtend dat ik er toch Echt uitmoet (ik hoopte nog op een wonder) en het werk heeft zich de afgelopen weken opgestapeld (mijn blog is niet het enige dat niet mijn volledige aandacht genoot).

Vandaag op mijn eerste rustdag na allerlei scheppingen realiseer ik me hoe absurd de afgelopen dagen eigenlijk waren.
Maandag ochtend op weg naar mijn hotels in Rethimno bevond ik mij om 09.04 op de snelweg vlakbij Souda.
Om 09.03 is enkele honderden meters voor mij een tankauto in de slip geraakt, gaan schuiven en ontploft. De beelden die je van dergelijke ontploffingen in Actiefilm ziet zijn niet overdreven, het creëert inderdaad een gigantische paddestoel-achtige wolk.
De snelwegen hier zijn omringddoor oleanders, olijfbomen en velden met kruid en onkruid dat uiteraard direct vlam vatte. Je kon geen meter meer vooruit en de snelweg werd afgesloten.

Een vriendelijke boer is me uiteindelijk voorgereden naar Rethimno, via bergweggetjes en maar een paar uurtjes later kwam ik daadwerkelijk aan op bestemming.
De terugweg was al net zo’n drama. Inmiddels werd al het verkeer via deze bergweggetjes omgeleid en we hebben het hier over wegen waar 2 auto’s elkaar nauwelijks kunnen passeren, laat staan bussen en trucks. Pas laat in de namiddag werd de snelweg weer geopend en de volgende middag kon ik met eigen ogen zien dat een bergwand van enkele honderden meters hoogte compleet zwartgeblakerd is. Wonder boven wonder zijn er echter geen doden gevallen. Iedereen heeft het tijdig op een hollen gezet.

Luttele uren later zat ik met het beminnelijke bezoek in een knus restaurantje in de oude Turkse wijk van Chania te dineren, toen ik plots een rat bespeurde, ongeveer een halve meter van mij af gesitueerd. Ik fluisterde het beminnelijke bezoek deze informatie in, waarna deze in paniek uitriep: “je gaat hem toch niet oppakken?” (ik was inmiddels opgestaan om de rat zo diskreet mogelijk te verjagen). Deze ietwat vreemde vraag verlangd wellicht wat toelichting: Ik ben een kind van mijn vader, een botanicus, bioloog en een vreselijke klepkous.
Fascinaties voor allerlei vreemde dieren zijn mij met de paplepel ingegoten en het beminnelijke bezoek was al verscheidene malen daarmee geconfronteerd (toen ik over prikkeldraad probeerde te klimmen om een wandelende tak dichterbij te kunnen bekijken bijvoorbeeld, of toen ik helemaal blij werd van een braakbal in een grot).
Ik ben opgegroeid in een halve dierentuin met om me heen slangen, vogelspinnen, chinchilla’s, wandelende takken en bladeren, gekko’s, zijderupsen, cavia’s, dwerghamsters, tamme ratten, ach de lijst is te lang om ze allemaal op te noemen. Maar het verklaart wellicht zijn rare reactie. Helaas lukte het discreet verjagen van de rat niet, het beestje raakte in paniek en rende het restaurant in. Na veel commotie (eigenaresse op tafel, serveersters die met dienbladen gooiden) hebben we het eten en drinken nagenoeg gratis gekregen omdat de eigenaresse zich zo schaamde voor de rat. Ik heb haar maar niet verteld dat ik het beestje het restaurant ingejaagd heb.

Hopelijk kom ik de komende weken weer een beetje aan lezen toe. Gisteren kreeg ik het tijdschrift “Boek” op de post; Daar kan ik weer lekker van gaan genieten;

Vanochtend heb ik wat gebladerd in 1 van mijn favoriete boeken: “Afgronden. Verontrustende literatuur uit de romantiek.”, door Anton Haakman.
Er zijn boeken die haast voor jou bestemd lijken, boeken die naar jou op zoek gaan i.p.v. andersom. Dit boek draagt mijn naam.
Een paar jaar geleden trok ik het uit de kast in de bibliotheek. Het was liefde op het eerste gezicht. Vervolgens wilde ik dit boek graag in mijn bezit hebben en ik trof via Internet een handelaar in tweedehands boeken in Nijmegen.
Ik maakte een afspraak met deze meneer en ging op weg naar Nijmegen. Een wat vreemd uitziende heer (meer baard dan gezicht) liet mij binnen en vertelde mij toen dat hij het boek helaas niet meer kon vinden. Hij had alles afgezocht maar het was spoorloos. Op dat moment bevond ik mij in een ruimte met werkelijk 10.000en boeken, in vele rijen van grond tot plafond. Enigszins beteuterd vroeg ik of ik even mocht rondkijken. Ik liep nog geen 5 seconden rond, of het boek sprong mij in het oog. Zo zie je maar, liefde op het eerste gezicht wil niet altijd in een teleurstelling uitmonden!

In dit prachtige boek heeft Anton Haakman een werkelijk grandioze verzameling samengesteld van verhalen uit de tijd van de Romantiek (eind achttiende eeuw tot eind negentiende eeuw) en dan in het bijzonder de ‘fantastische literatuur’ of ‘the gothic novel’.
Eindeloos gefascineerd ben ik door deze stroming in de literatuur.
Ik zou iedereen die zich aangetrokken voelt tot dit oefre heel graag “Afgronden” willen aanbevelen. De stukken die Anton Haakman heeft gekozen, zijn meeslepend en de essays die hij erover schrijft zorgen ervoor dat het enthousiasme nog verder aangewakkerd wordt. Na zijn boek weet je welke boeken er nog meer op je ‘hebben hebben hebben’ lijstje zullen prijken.

Tot mijn vreugde heeft Anton Haakman ook een hoofdstuk gewijd aan ‘Het Manuscript gevonden ter Zaragoza’ van Jan Potocki (de wereldbibliotheek heeft een erg mooie uitgave).
Ik citeer uit deze uitgave:
“De Poolse graaf Jan Potocki (1761-1815) was uiterst veelzijdig: geleerde, schrijver, diplomaat, wereldreiziger, avonturier, natuurkundige, etnoloog, taalkundige, onderwijsverbeteraar, parlementslid, een der allerbeste ballonvaarders, revolutionair…..In 1815 pleegde hij zelfmoord, naar verluidt door de zilveren knop van zijn moeders theepot net zolang bij te vijlen tot deze in de loop van zijn pistool paste. Hij begon in 1797 aan deze roman te schrijven, maar het boek werd niet meer tijdens zijn leven gedrukt; na zijn dood raakten de manuscripten verspreid. De onderhavige vertaling is gebaseerd op de eerste volledige editie van de oorspronkelijke Franse tekst, zoals die in 1989 is teruggevonden door de Zwitserse geleerde Rene Radrizzani.”
De Manuscripten van zijn roman zijn in een grote wanorde teruggevonden.
“Manuscript gevonden ter Zaragoza” is een roman in de vorm van een raamvertelling, zijn werk is in dagen ingedeeld (66 in totaal) en het verhaald over de belevenissen van de gardekapitein Alfons van Worden. Hij ontmoet alchemisten, bandieten, zigeuners, moordenaars, hertoginnen, geesten, wiskundigen, sjeiks en velerlei anderen die hem hun levensverhaal vertellen.
Bij het lezen van dit meesterwerk kun je haast niet geloven dat dit boek uit het einde van de 18de eeuw stamt. Dit overkwam A. Haakman ook, hij was verbijsterd en heeft daadwerkelijk speurwerk verricht om te verifiëren dat het hier niet om een ‘fake’gaat.

De meesten zullen wel weten dat google een poging doet om alle boeken compleet op internet te zetten. Uiteraard levert dit problemen op met de rechten, maar boeken van voor de 20ste eeuw vallen daar kennelijk buiten. De link is: http://print.google.com/.
Ik ben van mening dat het E-boek nooit het papieren boek zal vervangen. Het is echter een leuke aanvulling. En een prettige bijkomstigheid is dat je op woorden in boeken kunt zoeken. Na het intikken van “Potocki” kreeg ik tot mijn grote verbazing een vermelding van Casanova’s dagboek (deel 9) waarin hij kort over Count Potocki schrijft. Casanova is een zeer geliefd schrijver van mij, vandaar mijn verrukking.
Het geeft me een gevoel dat alles als een spinnenweb aan elkaar hangt, verbonden door onzichtbare koordjes zelfs onaangetast door de tand des tijds.
Misschien een bedrieglijk, maar desondanks fijn gevoel.