Gisteren op een rommelmarkt in de Ijhallen trof ik in perfecte staat 'De vertellingen van duizend-en-één nacht' van uitgeverij Libris aan (druk 2006). Hafid Bouazza fluisterde me in 2007 al in dat ik deze boeken zeker gelezen moet hebben. Luxe cassette, drie banden met daarin alle verhalen op dun rijstpapier, vertaald door Richard van Leeuwen. Iemand bij Bol.com schreef in een Review dat het enige nadeel van deze boeken het dunne papier was.
Ikzelf word als een kind zo blij van rijstpapier.
Misschien een stukje nostalgie naar mijn oude bijbel in de kerkbank. Het geloof van mijn jeugd mag dan inmiddels verloren zijn, het gevoel dat dit papier veroorzaakte niet!
Voorzichtig moet je een bladzijde omslaan en de tekst voelt net zo heilig en kostbaar.
Voor twee euro kon ik ze meenemen, een goede koop zo bleek, want onder de dertig euro vind je ze niet snel tweedehands.
In januari 2008 vond ik voor vijf euro (jawel) op een boekenmarkt in de Eusebiuskerk te Arnhem twee delen van 'Duizend en een nacht - Arabische vertellingen'. Deze druk is een 'paar' jaartjes ouder. Amsterdam, Gebrs. Koster, 1882. Voorzien van prachtige gekleurde illustraties.
Ik legde de boeken naast elkaar om de tekst te vergelijken. Laten we stellen dat twee vertalingen vanuit het Arabisch in een andere tijdgeest niet enkel verschillen veroorzaken maar bijna volledig andere verhalen. Het is bijna een kwestie van 'zoek de overeenkomsten'.
Op internet kan ik bar weinig terugvinden over de twee delen uit 1882 die ik in mijn bezit heb. Ik kan ze niet terugvinden bij antiquariaten of op veilingen.
Na wat zoekwerk kom ik erachter dat ik waarschijnlijk de Lauckhard versie heb, de illustraties komen zeer overeen.
Na veel speurwerk beland ik op een PDF van een krant. "Nieuws van den Dag - dinsdag 2 december 1884". (U kunt zoeken op het PDF middels CTRL+F).
Hier tref ik mijn 'Duizend en één Nacht - Arabische Vertellingen' te koop aan!
Voor maar FL 1,90 en zowaar in Nieuwstaat!
Ehh...Toen in ieder geval...
Vervolgens verlies ik mij in het nieuws van de dag van bijna 130 jaar geleden.
Ik lees dat mijn burgerlijke staat benut werd in het zoeken naar een nieuwe woning of werkgever. Zou het respect hebben afgedwongen of was jong weduwe worden gewoon meer algemeen? De deftige dame heeft overigens wel wat noten op haar zang:
"Eene deftige Dame —Weduwe— vraagt te Huur te Amsterdam,
op een fatsoenlijken en aangenamen
stand, in een net, zindelijk, stil
gezin, twee goed en net gemeubeleerde
Kamers en Suite,
of aan elkander grenzende, niet
hooger dan eerste étage en met
Bediening, tegen den huurprijs van ’35 a ’40 per maand, en al of
niet levéring van Diner, tegen nader
overeen te komen conditiën."
Jongemannen van uiteraard onbesproken gedrag vragen om geld te leen:
"HH. Geldschieters.
Wie helpt een JONGMENSCH,
Eigenaar, van onbesproken gedrag,
aan ’ 500, tegen goede borgstelling
en rente, met m. alloss. a ’5O."
Op zoek naar een spannende date via Relatieplanet? Welnee, er wordt gezocht naar een huwelijkskandidaat!
"Huwelijk.
Een Heer, flink uiterlijk, 27 jaar,
net bestaan en komende in 't bezit
van Kapitaal, wenscht kennismaking
en spoedig Huwelijk met eene
eenigszins gefortuneerde Dame.
Brieven, onder No. 893,Boekhandel
van J. CRANENDONCQ, Nijmegen."
Ik vraag mij overigens af of een 'flink uiterlijk' wil zeggen dat hij corpulent was of juist woest aantrekkelijk.
Uiteindelijk kom ik, middels deze omzwervingen, bizar dichtbij huis. Via de vertellingen van duizend-en-één nacht uit 2006, naar de druk uit 1882, beland ik uiteindelijk in een dagkrant uit 1884 en valt mijn oog op een advertentie met daarin, onmiskenbaar, mijn werkadres!
En zo ontdek ik welk bedrijf er huishield in 1884 en beeld mij de werkplaats in, exact op dezelfde plek waar nu mijn bureau staat. De zware houten balken op de zolder krijgen kleur en ik vraag me af; Werden hier de handgemaakte spullen opgeslagen? En wie weet bewonderde hij 127 jaar geleden zijn eigen advertentie in de krant - wellicht zittend op de plek waar ik nu dagelijks zit - en viel zijn oog vervolgens op de aanbieding van vier delen 'Duizend en één nacht' en besloot hij naar de winkel te snellen om deze stante pe te kopen. Het valt zelfs niet volledig uit te sluiten dat ik nu zijn boek in handen heb. Prima, dat is wellicht vergezocht, máár:
Wie durft te beweren dat reizen in den tijd niet mogelijk is noem ik vanaf heden een ongelovige.
Ik heb vanochtend een reisgenoot ontmoet en zal hem morgen op mijn werk respectvol groeten!